Mededeling verplichtstelling Bedrijfspensioenfonds Landbouw
Tekst
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
09-10-2023, Stcrt. 2023, 24212 (uitgifte: 12-10-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-10-2023, Stcrt. 2023, 24212 (uitgifte: 12-10-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
Het deelnemen in de Stichting BPL Pensioen is verplicht gesteld voor alle werknemers in dienst van de werkgever.
Hierbij wordt verstaan onder:
- A.
Werknemer:
- 1.
Werknemer is de natuurlijke persoon die op basis van een arbeidsovereenkomst als bedoeld in artikel 7:610 BW (Staatsblad 1996, 406) in dienst is van de werkgever, met uitzondering van:
- a.
personen, die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt;
- b.
personen, die de pensioengerechtigde leeftijd van 68 jaar hebben bereikt;
- c.
de directeur-grootaandeelhouder in de zin van de SV-wetgeving (Regeling aanwijzing directeur-grootaandeelhouder 2016 van 2 juli 2015, Stct. 2015, nr. 19073).
- 2.
Deze bepaling geldt met inachtneming van de bepalingen opgenomen in bijlage I.
- B.
Werkgever:
- 1
- a.
Degene die een onderneming uitoefent waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit activiteiten zoals onder C 1 tot en met 14 vermeld.
- b.
Degene die een onderneming uitoefent met een onderdeel:
- –
waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit activiteiten zoals onder C 1 tot en met 14 vermeld, en
- –
waarin het aantal arbeidsuren meer dan 50% van het totaal aantal arbeidsuren in de onderneming uitmaakt.
Dit geldt niet indien voor die gehele onderneming een andere verplichtstelling inzake een verplichtgesteld bedrijfstakpensioenfonds van kracht is die eerder dan deze verplichtstelling geregistreerd is bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
- c.
Juridisch zelfstandige delen van een groep in de zin van artikel 2:24b BW (Staatsblad 1991, 200) waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit activiteiten zoals onder C 1 tot en met 14 vermeld.
- d.
De personeelsvennootschap binnen een groep in de zin van artikel 2:24b BW (Staatsblad 1991, 200) waarvan ten minste 75% van het totaal aantal arbeidsuren van de werknemers wordt uitgeoefend bij een of meer andere groepsonderdelen waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit activiteiten zoals onder C1 tot en met 14 vermeld.
- 2.
Van ‘in hoofdzaak’ is sprake indien het aantal arbeidsuren van de werknemers in dienst van de werkgever die betrokken zijn bij de activiteiten zoals onder C 1 tot en met 14 vermeld meer dan 50% van het totaal aantal arbeidsuren binnen de onderneming uitmaakt.
- 3.
Deze bepaling geldt met inachtneming van de bepalingen in bijlage II.
- C
- 1.
Bedrijfsverzorgingsdiensten:
- a.
het voor ten minste 50% van de met de werknemers in de onderneming overeengekomen arbeidsuren die betrekking hebben op het in agrarische sectoren als bedoeld onder C 2 tot en met 14:
- –
tewerkstellen van werknemers door de werkgever bij een derde, niet onder toezicht en leiding van de derde; en/of
- –
detacheren;
- b.
het voor ten minste 50% van de met de werknemers in de onderneming overeengekomen arbeidsuren ter beschikking stellen van werknemers aan, of doen laten verrichten van werkzaamheden van organisatorische, administratieve en/of andere aard, ter ondersteuning van de activiteiten voor een of meer ondernemingen als bedoeld onder C 1a. en met een of meer van die ondernemingen is verbonden in de zin van artikel 2:24a BW (Staatsblad 1991, 200) of 2:24b BW (Staatsblad 1991, 200).
- 2.
Bloembollengroothandel:
handel in bloembollen.
- 3.
Bos- en natuuronderneming:
- –
terreinbeheersbedrijf: een onderneming waarin de bosbouw in de ruime zin des woords wordt uitgeoefend, met inbegrip van werkzaamheden in droge en natte natuurterreinen en het houden van toezicht in bossen en natuurterreinen, en/of werkzaamheden die betrekking hebben op het functioneren van het bedrijf of de organisatie waardoor eerdergenoemde werkzaamheden worden uitgevoerd;
- –
aannemingsbedrijf: een onderneming die tegen betaling werkzaamheden voor terreinbeheersbedrijven en -organisaties verricht in bossen of andere houtopstanden dan wel in natuurterreinen, welke bedrijfsmatig in die terreinbeheersbedrijven plegen te worden verricht, dan wel een onderneming die voor eigen rekening houtoogstwerkzaamheden verricht, en/of werkzaamheden die betrekking hebben op het functioneren van het bedrijf of de organisatie waardoor eerdergenoemde werkzaamheden worden uitgevoerd.
- 4.
Land- en tuinbouwwerktuigenexploiterende onderneming:
het met, aan of door machines en/of werktuigen voor derden verrichten van
- –
landbouwambachtenwerkzaamheden:
werkzaamheden met, aan of door machines en werktuigen ten behoeve van de feitelijke plantaardige en dierlijke productie;
- –
cultuurtechnische werkzaamheden:
werkzaamheden met, aan of door machines en werktuigen ten behoeve van de aanleg van groenvoorzieningen, de daarmee samenhangende drainage en grondwerken (bovenste grondlaag), alsmede het hiermee samenhangende onderhoud, met uitsluiting van baggerwerkzaamheden met specifiek baggermaterieel;
Van de hierboven genoemde landbouwambachten- en cultuurtechnische werkzaamheden is eerst sprake, indien en voor zover geen bouw-/aanlegvergunning is vereist, met uitzondering van de vergunningen betrekking hebbend op de feitelijke plantaardige en dierlijke productie en/of de aanleg van groenvoorzieningen.
- –
meststoffenwerkzaamheden:
werkzaamheden met, aan of door machines en werktuigen, al dan niet voor derden, ten behoeve van distributie van dierlijke meststoffen, of werkzaamheden met betrekking tot overige (organische) meststoffen ten behoeve van de agrarische sector.
- 5.
Hoveniersbedrijf:
- –
hovenierswerkzaamheden:
het al dan niet voor derden aanleggen en/of onderhouden van tuinen (inclusief tuinafscheidingen, schuttingen en (zwem-)vijvers), een en ander met de daartoe behorende wegen, paden en pleinen in al hun onderdelen, waaronder tevens begrepen het ruimen van sneeuw en gladheidbestrijding. Dit alles met inbegrip van het bijleveren van alle daarvoor benodigde materialen en andere producten in de meest ruime zin van het woord;
- –
groenvoorzieningswerkzaamheden:
het al dan niet voor derden aanleggen en/of onderhouden van parken, plantsoenen, groenstroken, terreinen en begraafplaatsen, een en ander met de daartoe behorende wegen, paden en pleinen in al hun onderdelen, waaronder tevens begrepen het ruimen van sneeuw, gladheidbestrijding en onkruidbestrijding. Dit alles met inbegrip van het bijleveren van alle daarvoor benodigde materialen en andere producten in de meest ruime zin van het woord;
- –
boomverzorgingswerkzaamheden:
het al dan niet voor derden planten, verplanten, snoeien, ruimen van bomen, verbeteren van de groeiplaats, bestrijden van ziekten en plagen en/of verzorgen van zowel de bovengrondse als ondergrondse delen van bomen, met inbegrip van advies, het aanvragen van vergunningen en de voorbereidende werkzaamheden. Dit alles met inbegrip van het bijleveren van alle daarvoor benodigde materialen en andere producten in de meest ruime zin van het woord;
- –
dak- en gevelbegroeningswerkzaamheden:
het al dan niet voor derden ontwerpen, aanleggen, beheren en onderhouden van vegetatiesystemen op bouwwerken zoals vegetatiedaken in hun diverse verscheidenheid, vegetatiegevels alsmede vegetatiesystemen, inclusief de voor de duurzame instandhouding van deze systemen benodigde ondergrond (o.a. drainagesystemen, worteldoek, substraatlaag) en technische installaties (o.a. beregening en bemesting) en verankering. Dit met inachtneming van de voor deze systemen benodigde technische eigenschappen van het bouwwerk waarop of waaraan dezen worden bevestigd;
- –
interieurbeplantingswerkzaamheden:
het al dan niet voor derden adviseren, ontwerpen, plaatsen en/of onderhouden van interieurbeplantingen met inbegrip van het bijleveren van alle daarvoor benodigde materialen en andere producten in de meest ruime zin van het woord;
- –
greenkeeperswerkzaamheden:
het aanleggen en/of onderhouden van golfterreinen een en ander met de daartoe behorende wegen, paden en pleinen in al hun onderdelen, waaronder tevens begrepen het ruimen van sneeuw en gladheidsbestrijding in het voornoemde. Dit alles met inbegrip van het bijleveren van alle daarvoor benodigde materialen en andere producten in de meest ruime zin van het woord.
Onder Hoveniersbedrijf wordt niet verstaan een onderneming, welke zich uitsluitend of in hoofdzaak bezighoudt met de voorbereidende grondwerkzaamheden.
- 6.
Glastuinbouw:
plantaardige teelten die permanent onder glas of plastic plaatsvinden, met uitzondering van paddenstoelenteelt en de boomteelt onder glas of plastic, maar met inbegrip van vermeerderingsbedrijven, ongeacht of bedrijfsactiviteiten geheel of ten dele in de open lucht plaatsvinden.
- 7.
Open Teelten:
- –
plantaardige teelten in de open lucht en plantaardige teelten niet permanent onder glas of plastic. Hieronder valt ook de teelt en vermeerdering die onder glas plaatsvindt in de boomkwekerij;
- –
alle (groot-)handelsactiviteiten in de boomkwekerij.
- 8.
Dierhouderij:
het bedrijfsmatig en productiegericht houden van dieren.
Hieronder wordt verstaan het houden, fokken of kweken van dieren – gericht op het voortbrengen van producten (zoals vlees, wol, huid of pels) van die dieren en/of het voortbrengen, africhten, trainen en verhandelen van die dieren met als doel voor het voortbestaan van de onderneming voldoende bedrijfsresultaat te genereren.
Onder dieren wordt onder meer verstaan:
- –
rundvee (melk- en vleeskoeien);
- –
varkens;
- –
pluimvee (inclusief broederijen en/of het exporteren van eendagskuikens en eieren);
- –
geiten;
- –
schapen;
- –
paarden;
- –
vissen;
- –
insecten;
- –
wormen;
- –
slakken;
- –
konijnen;
- –
edel pelsdieren;
- –
exotische dieren;
- –
eenden;
- –
ganzen.
- 9.
Paddenstoelenteelt:
teelt van paddenstoelen en/of aansluitende reeks van nauw verwante activiteiten, met name de opslag van, het inpakken van en het uitleveren van paddenstoelen en aanverwante producten aan vervoerders en het in beperkte mate produceren van compost.
- 10.
Groenvoederdrogerij:
het kunstmatig drogen van groenvoederproducten met inbegrip van alle bijbehorende werkzaamheden;
- 11.
Varkensverbeteringsorganisatie:
- –
fokkerij: diensten en/of producten aanbieden voor het vervaardigen, respectievelijk distribueren van genetisch hoogwaardig fokmateriaal ten behoeve van de varkenssector;
- –
k.i.: exploiteren van een k.i. station en/of een instelling voor kunstmatige inseminatie van varkens;
- –
varkensverbetering: het verbeteren van kwaliteit en rentabiliteit van de varkenshouderij middels diensten en/of producten.
- 12.
Tuinbouwzaadteelt.
handel, productie, kweek en/of selectie van tuin- en/of bloemzaden.
- 13.
Rundveeverbetering:
werkzaamheden doen verrichten op het gebied van de rundveeverbetering, daaronder ook begrepen het leveren van biologisch veeverbeteringsmateriaal.
- 14.
Groenten- en fruitverwerkende industrie:
het op fabrieksmatige wijze verwerken van:
- A.
groenten, met inbegrip van augurken, koolsoorten, landbouwerwten, tomaten en zilveruien, alsmede daaruit verkregen halffabricaten tot:
- 1.
gesteriliseerd product;
- 2.
gedroogd product;
- 3.
gezouten product;
- 4.
vriesproduct;
- 5.
tafelzuren;
- 6.
zuurkool;
- 7.
sappen.
- B.
fruit en daaruit vervaardigd halffabricaat tot:
- 1.
fruitpulp;
- 2.
jams en geleien;
- 3.
vruchten op water, sap en siroop, vruchtenpureeën en vruchtenmoes;
- 4.
konfijtproducten;
- 5.
appel- en perensiropen;
- 6.
vruchtensappen en vruchtensausen;
- 7.
appelsap en zoete most;
- 8.
gedroogd product;
- 9.
diepgevroren product.