Einde inhoudsopgave
RvdW 2019/295
BOPZ. Machtiging tot voortgezet verblijf. Stoornis van de geestvermogens (art. 15 Wet Bopz jo. art. 3 Wet Bopz); diagnose in geneeskundige verklaring; motivering.
HR 22-02-2019, ECLI:NL:HR:2019:275
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
22 februari 2019
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, G. Snijders, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
18/05080
- Conclusie
A-G mr. M.L.C.C. Lückers
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:275, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑02‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:121, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑01‑2019
Essentie
BOPZ. Machtiging tot voortgezet verblijf. Stoornis van de geestvermogens (art. 15 Wet Bopz jo. art. 3 Wet Bopz); diagnose in geneeskundige verklaring; motivering.
Partij(en)
22 februari 2019
Eerste Kamer
18/05080
TT/EE
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[betrokkene] ,wonende te [woonplaats] ,
VERZOEKSTER tot cassatie,
advocaat: mr. G.E.M. Later,
t e g e n
DE OFFICIER VAN JUSTITIE BIJ HET ARRONDISSEMENTSPARKET MIDDEN-NEDERLAND,
VERWEERDER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als betrokkene en de officier van justitie.
Conclusie
Conclusie A-G mr. M.L.C.C. Lückers:
1. Feiten en procesverloop
1.1
Bij verzoekschrift van 16 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.