Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/183
Motorcrossen op bospad (art. 5 WVW 1994 en art. 461 Sr).
HR 21-01-2020, ECLI:NL:HR:2020:78
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 januari 2020
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, M.T. Boerlage
- Zaaknummer
18/05326
- Conclusie
plv. A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS187279:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Bijzonder strafrecht / Verkeersstrafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:78, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑01‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:992, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑10‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑02‑2019
- Wetingang
Samenvatting
- 1.
Het als bestuurder van een crossmotor met hoge snelheid rijden op een bospad waar het openbaar verkeer was beperkt tot wandelaars en fietsers valt onder art. 5 WVW 1994. Niet vereist is dat medeweggebruikers door het rijgedrag van de verdachte concreet gevaar of hinder moeten hebben ondervonden of dat zulk gevaar of hinder zich eerder regelmatig heeft verwezenlijkt.
- 2.
Voor bewezenverklaring van de overtreding van art. 461 Sr (terrein van een ander betreden) is niet vereist ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.