FED 2023/58
Hof heeft juiste bewijsmaatstaf van ‘doen blijken’ aangelegd bij oordeel over vergrijpboete.
HR 03-02-2023, ECLI:NL:HR:2023:97, m.nt. mr. I.L.S. IJzerman
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 februari 2023
- Magistraten
Mrs. Koopman, Faase, Boerlage, Van Eijsden, Van der Voort Maarschalk
- Zaaknummer
22/01072
- Noot
mr. I.L.S. IJzerman
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS701052:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
Fiscaal procesrecht / Bewijs
Fiscaal bestuursrecht / Boete
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:97, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑02‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:783, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑08‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑03‑2022
- Wetingang
Art. 67e AWR
Essentie
Hof heeft juiste bewijsmaatstaf van ‘doen blijken’ aangelegd bij oordeel over vergrijpboete.
Samenvatting
Belanghebbende heeft geen aangifte IB/PVV gedaan over het tijdvak 2009. Naar aanleiding van een boekenonderzoek is een navorderingsaanslag IB/PVV over dat tijdvak opgelegd. Daarbij is op grond van artikel 67e AWR een vergrijpboete opgelegd. Het Hof heeft de boete in stand gelaten.
De A-G heeft ambtshalve een grond bijgebracht die gericht is tegen ’s Hofs oordeel over de boete. Volgens de A-G heeft het Hof bij het beoordelen van de boete niet de juiste bewijsmaatstaf aangelegd. Het Hof heeft volgens de A-G getoetst of ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.