De dwangsom in het burgerlijk recht
Einde inhoudsopgave
De dwangsom in het burgerlijk recht (BPP nr. V) 2006/22.2.2.1:22.2.2.1 Dwangsomvordering volgt hoofdvordering
De dwangsom in het burgerlijk recht (BPP nr. V) 2006/22.2.2.1
22.2.2.1 Dwangsomvordering volgt hoofdvordering
Documentgegevens:
Mr. M.B. Beekhoven van den Boezem, datum 19-12-2006
- Datum
19-12-2006
- Auteur
Mr. M.B. Beekhoven van den Boezem
- JCDI
JCDI:ADS381559:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
De toekomstige dwangsomvordering is daarentegen in het tweede lid van art. 6:142 uitdrukkelijk als nevenrecht gekwalificeerd en gaat als zodanig wél op de cessionaris van de hoofdvordering mee over: het lot van de toekomstige dwangsomvordering volgt in geval van cessie het lot van de hoofdvordering. Blijkens de Toelichting op art. 6:142 BW houdt de opneming in lid 2 van de dwangsom verband met de opneming in lid 1 van de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van bestaande executoriale titels. Het ligt volgens de Toelichting voor de hand dat, wanneer de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van de hoofdveroordeling overgaat, dit ook het geval behoort te zijn ten aanzien van het recht op de dwangsom. De dwangsom strekt immers tot de nakoming van de hoofdveroordeling waaraan zij is verbonden. De Toelichting vervolgt dat het recht op de dwangsom dan ook, evenals ten aanzien van een bedongen boete het geval is, op de nieuwe schuldeiser dient over te gaan, behalve voor zover de dwangsom reeds verbeurd was op het tijdstip van de overgang.1
De ratio voor de opneming onder de nevenrechten van de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van ter zake van de vordering en de nevenrechten bestaande executoriale titels is blijkens de Toelichting gelegen in het feit dat geen reden bestaat 'waarom de cessionaris, wanneer de cedent reeds een voor tenuitvoerlegging vatbaar vonnis had verkregen, gedwongen zou moeten worden met het oog op de executie een nieuwe procedure te beginnen die, gezien de werking van het gezag van gewijsde, trouwens ook moeilijk tot een ander resultaat dan de eerste zou kunnen leiden'.2