Einde inhoudsopgave
RvdW 2006, 1109
Nadere regeling toezicht effectenverkeer 1995 (NR 1995): recht in de zin van art. 79 RO? ‘Aanbrengen van cliënten’ in de zin van art. 25 NR 1995.
HR 24-11-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AY9222
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
24 november 2006
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, E.J. Numann, A. Hammerstein, F.B. Bakels
- Zaaknummer
C05/267HR
- Conclusie
A-G Verkade
- LJN
AY9222
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Juridische beroepen / Rechter
Burgerlijk procesrecht (V)
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AY9222, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 24‑11‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AY9222, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑11‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑09‑2005
- Wetingang
Essentie
Nadere regeling toezicht effectenverkeer 1995 (NR 1995): recht in de zin van art. 79 RO? ‘Aanbrengen van cliënten’ in de zin van art. 25 NR 1995.
Aangezien de Nadere regeling toezicht effectenverkeer 1995 (NR 1995) een wettelijke grondslag vindt in art. 11 van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 en een naar buiten werkende, tot ieder gerichte algemene regeling is en op behoorlijke wijze is bekendgemaakt, nu zij in de Staatscourant (1995, nr. 250) is gepubliceerd, vormt zij recht in de zin van art. 79 RO.
Onder ‘aanbrengen van cliënten’ in de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.