RO 2006, 2
Tegenstrijdig belang. Mag een derde door gedrag enig aandeelhouder tevens bestuurder er op vertrouwen dat deze zichzelf als bijzonder vertegenwoordiger heeft aangewezen, ondanks ontbreken uitdrukkelijk aanwijzingsbesluit?
HR 14-07-2006, ECLI:NL:HR:2006:AV6954 (ABN Amro/Dijkema)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 juli 2006
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, P.C. Kop, E.J. Numann, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
C05/020HR
- Conclusie
A-G Timmerman
- LJN
AV6954
- Roepnaam
ABN Amro/Dijkema
- JCDI
JCDI:ADS872093:1
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtshandelingen
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AV6954, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑07‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AV6954, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑07‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑01‑2005
- Wetingang
BW art. 2:256; BW art. 3:61
Essentie
Mag een derde er in een tegenstrijdig belang situatie door het gedrag van de enig aandeelhouder tevens bestuurder op vertrouwen dat deze zichzelf als bijzonder vertegenwoordiger heeft aangewezen, ondanks het ontbreken van een uitdrukkelijk aanwijzingsbesluit?
Samenvatting
BHV Holding B.V. is enig aandeelhouder en bestuurder van zowel BHV Bouwhout B.V., BHV Olie B.V. als BHV Duhout B.V. Aan deze vier vennootschappen is krediet verstrekt door ABN AMRO Bank N.V. waarbij de vier vennootschappen hoofdelijk zijn verbonden voor de gehele vordering van ABN AMRO. De kredietovereenkomsten zijn namens Bouwhout en Olie getekend door (de bestuurder van) Holding. De statuten van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.