JOL 2006, 449:Internationaal goederenvervoer over de weg. CMR. Douanerechten en kosten gemaakt i.v.m. vervoer als bedoeld in art. 23 lid 4 CMR; interpretatiemethode. Vervolg op HR 5 januari 2001, NJ 2001, 392 m.nt. K.F. Haak en HR 27 mei 2005, RvdW 2005, 79. Het strookt met het doel en de strekking van art. 23 lid 4 CMR, zoals dat mede tegen de achtergrond van het systeem van (limitering van) door de vervoerder verschuldigde schadevergoeding in de CMR moet worden begrepen, om aan te nemen dat de kosten waarop in art. 23 lid 4 wordt gedoeld (‘de douanerechten en de overige met betrekking tot het vervoer gemaakte kosten’) betreffen de kosten die voor de ladingbelanghebbende rechtstreeks aan (de normale uitvoering van) het vervoer als zodanig zijn verbonden. Deze kosten omvatten dus niet de — hier gevorderde — kosten die onder het desbetreffende douanerechtelijk regime in verband staan met het verlies van de goederen wegens tekortschieten van de vervoerder in de nakoming van zijn verplichtingen uit de vervoerovereenkomst.