Einde inhoudsopgave
RvdW 2012/431
Stuiting verjaring. Vordering doorzoeking R-C is daad van vervolging.
HR 13-03-2012, ECLI:NL:HR:2012:BU8744
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
13 maart 2012
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, J. de Hullu
- Zaaknummer
S 11/01041 B
- Conclusie
A-G Knigge
- LJN
BU8744
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BU8744, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 13‑03‑2012
- Wetingang
Srart. 72 lid 1; Sv art. 110 en 181
Essentie
Een vordering ex art. 181 Sv tot het instellen van een gerechtelijk vooronderzoek (vgl. HR 4 oktober 2005, LJN AT2968, NJ 2006/611) en een vordering ex art. 110 Sv van de officier van justitie aan de R-C tot het verrichten van een doorzoeking zijn daden van vervolging als bedoeld in art. 72 lid 1 Sr. Het feit dat doorzoeking van plaatsen niet zijnde woningen en kantoren van geheimhouders (...) een zelfstandige bevoegdheid van de officier van justitie is, welke, op een enkele uitzondering na, geen rechterlijke tussenkomst vereist, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.