NJB 2020/3057
De curator van een failliet aannemingsbedrijf vordert betaling van aanneemsommen voor meerwerk. Vervolg op de prejudiciële uitspraak HR 2 december 2016, ECLI:NL:HR:2016:2729. Hoge Raad: 1. Omzetting. Overeenkomst. Tegenprestatie. Indien de oorspronkelijke verbintenis van de schuldenaar wordt omgezet in een verbintenis tot vervangende schadevergoeding, treedt die verbintenis in de plaats van de oorspronkelijke verbintenis en gaat de oorspronkelijke verbintenis van de schuldenaar teniet. De verbintenis waartoe de schuldeiser van zijn kant gehouden is op grond van de overeenkomst, ondergaat geen verandering. 2. Devolutieve werking. Het hof heeft geoordeeld dat de vorderingen van geïntimeerden niet kunnen worden toegewezen op de primaire grondslag (nakoming), maar wel op de subsidiaire grondslag (ongerechtvaardigde verrijking). Met dit oordeel is de grondslag aan de door de rechtbank toegewezen contractuele rente ontvallen. Daarom had het hof de toewijsbaarheid van de gevorderde contractuele rente op grond van de devolutieve werking van het hoger beroep opnieuw behoren te beoordelen. Daartoe behoefden appellanten niet een afzonderlijke grief tegen de toewijzing van de contractuele rente aan te voeren
HR 04-12-2020, ECLI:NL:HR:2020:1954
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
4 december 2020
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, T.H. Tanja van den Broek, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
19/02846
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1954, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 04‑12‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:648, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑06‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑07‑2019
- Wetingang
(art. 6:87 lid 1, art. 6:88 lid 1, art. 7:767 BW)
Essentie
De curator van een failliet aannemingsbedrijf vordert betaling van aanneemsommen voor meerwerk. Vervolg op de prejudiciële uitspraak HR 2 december 2016, ECLI:NL:HR:2016:2729. Hoge Raad: 1. Omzetting. Overeenkomst. Tegenprestatie. Indien de oorspronkelijke verbintenis van de schuldenaar wordt omgezet in een verbintenis tot vervangende schadevergoeding, treedt die verbintenis in de plaats van de oorspronkelijke verbintenis en gaat de oorspronkelijke verbintenis van de schuldenaar teniet. De verbintenis waartoe de schuldeiser van zijn kant gehouden is op grond van de overeenkomst, ondergaat geen verandering. 2. Devolutieve werking. Het hof heeft geoordeeld dat de vorderingen van geïntimeerden niet kunnen worden toegewezen op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.