Einde inhoudsopgave
Handels- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, enerzijds, en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, anderzijds
Artikel 569 Informatie-uitwisseling
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2021
- Bronpublicatie:
30-12-2020, PbEU 2021, L 149 (uitgifte: 30-04-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-05-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-04-2021, PbEU 2021, L 149 (uitgifte: 30-04-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Ondernemingsrecht / Europees ondernemingsrecht
Douane (V)
1.
De informatie- uitwisseling tussen de bevoegde autoriteiten moet in overeenstemming zijn met het doel en de bepalingen van deze titel. Persoonsgegevens worden uitsluitend voor de in lid 2 bedoelde specifieke doeleinden verwerkt.
2.
De bevoegde autoriteiten geven uiterlijk op het moment van de doorgifte van persoonsgegevens duidelijk aan voor welk specifiek doel of welke specifieke doeleinden de persoonsgegevens worden doorgegeven. Voor doorgiften aan Europol worden het doel of de doeleinden van een dergelijke doorgifte gespecificeerd overeenkomstig de specifieke verwerkingsdoeleinden die zijn vastgesteld in de Europol-verordening. Indien de doorgevende bevoegde autoriteit dat niet heeft gedaan, verwerkt de ontvangende bevoegde autoriteit, in overleg met de doorgevende autoriteit, de persoonsgegevens om de relevantie ervan en het doel of de doeleinden waarvoor zij verder moeten worden verwerkt, te bepalen. De bevoegde autoriteiten mogen persoonsgegevens alleen verwerken voor een ander doel dan het doel waarvoor zij zijn verstrekt, indien de doorgevende bevoegde autoriteit daartoe toestemming heeft verleend.
3.
De bevoegde autoriteiten die de persoonsgegevens ontvangen, verbinden zich ertoe die gegevens uitsluitend te verwerken voor het doel waarvoor zij zijn doorgegeven. De persoonsgegevens worden verwijderd zodra zij niet langer noodzakelijk zijn voor het doel waarvoor zij zijn doorgegeven.
4.
Europol en de bevoegde autoriteiten van het Verenigd Koninkrijk stellen zonder onnodige vertraging, en in elk geval uiterlijk zes maanden na de ontvangst van de persoonsgegevens, vast of en in welke mate die persoonsgegevens noodzakelijk zijn voor het doel waarvoor zij zijn doorgegeven, en stellen de doorgevende autoriteit daarvan in kennis.