Einde inhoudsopgave
Mededeling 2009/C 72/01 betreffende de behandeling van aan een bijzondere waardevermindering onderhevige activa in de communautaire banksector
Bijlage III Vaststelling van de categorieën (‘pakketten’) in aanmerking komende activa en volledige openheid van zaken betreffende de aan een bijzondere waardevermindering onderhevige activa en alle bedrijfsactiviteiten van een bank
Geldend
Geldend vanaf 26-03-2009
- Redactionele toelichting
De datum van publicatie en de datum van inwerkingtreding is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
26-03-2009, PbEU 2009, C 72 (uitgifte: 26-03-2009, regelingnummer: 2009/C72/01)
- Inwerkingtreding
26-03-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-03-2009, PbEU 2009, C 72 (uitgifte: 26-03-2009, regelingnummer: 2009/C72/01)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
I. De vaststelling van de categorieën (‘pakketten’) in aanmerking komende activa
Bij de vaststelling van pakketten met aan een bijzondere waardevermindering onderhevige financiële activa van banken dient te worden gekozen voor een gemeenschappelijke noemer die is gebaseerd op de categorieën die al worden gebruikt voor:
- 1.
prudentiële rapportage en waardering (derde pijler Basel II = richtlijn kapitaalvereisten (CRD), bijlage XII; FINREP en COREP);
- 2.
financiële verslaggeving en waardering (met name IAS 39 en IFRS 7);
- 3.
gespecialiseerde ad-hocverslaggeving over de kredietcrisis: het IMF, het Financial Stability Forum (FSF), N. Roubini en werkzaamheden van het Comité van Europese bankentoezichthouders (CEBT) op het gebied van transparantie.
Het hanteren van een gemeenschappelijke reeks bestaande verslaggevings- en waarderingscategorieën om activapakketten te bepalen zal:
- 1.
beletten dat de rapportagelast voor banken toeneemt;
- 2.
de mogelijkheid bieden om het pakket met aan een bijzondere waardevermindering onderhevige activa van individuele banken te vergelijken met communautaire en internationale ramingen (die relevant kunnen zijn om de ‘waarde in het economisch verkeer’ op een bepaald tijdstip vast te stellen); en
- 3.
objectieve (gecertificeerde) uitgangspunten bieden voor de waardering van aan een bijzondere waardevermindering onderhevige activa.
Gelet op het voorgaande stelt de Commissie de volgende pakketten met financiële activa voor als uitgangspunt om de ‘waarde in het economisch verkeer’ en de ondersteuning van aan een bijzondere waardevermindering onderhevige activa te bepalen.
Tabel
1
I. Gestructureerde financiële producten/geëffectiseerde producten
Soort product | Boekhoudkundige categorie | Waarderingsgrondslag voor de regeling | Opmerkingen | |||
---|---|---|---|---|---|---|
Marktprijs | Waarde in het economisch verkeer | Overdrachtswaarde | ||||
1 | RMBS | FVPL/AFS (*) | Verder verfijnd volgens: geografische zone, rangorde (seniority) van tranches, ratings, verband houdend met subprime of Alt-A, of andere onderliggende activa, looptijd/vintage, voorzieningen en afschrijvingen | |||
2 | CMBS | FVPL/AFS | ||||
3 | CDO | FVPL/AFS | ||||
4 | ABS | FVPL/AFS | ||||
5 | Schuldpapier bedrijven | FVPL/AFS | ||||
6 | Andere leningen | FVPL/AFS | ||||
Totaal |
II Niet-geëffectiseerde leningen
Soort product | Boekhoudkundige categorie | Waarderingsgrondslag voor de regeling | Opmerkingen | |||
---|---|---|---|---|---|---|
Kostprijs (**) | Waarde in het economisch verkeer | Overdrachtswaarde | ||||
7 | Ondernemingen | HTM/L&R (*) | Kostprijs (**) | Verder verfijnd volgens: geografische zone, tegenpartijrisico (PD), kredietrisicolimitering (zekerheden) en looptijdenstructuur, voorzieningen en afschrijvingen | ||
8 | Woningen | HTM/L&R | Kostprijs | |||
9 | Overige particulieren | HTM/L&R | Kostprijs | |||
Totaal |
II. Volledige openheid van zaken over de aan een bijzondere waardevermindering onderhevige activa en de desbetreffende bedrijfsactiviteiten
Op basis van de activapakketten in tabel 1 dienen de te verstrekken gegevens over de aan een bijzondere waardevermindering onderhevige activa van een bank die onder een maatregel inzake activaondersteuning moeten vallen, verder te worden uitgesplitst, overeenkomstig de suggesties in de kolom met opmerkingen van tabel 1.
Op grond van door het Comité van Europese bankentoezichthouders (1) (CEBT) waargenomen goede praktijken voor informatieverschaffing over activiteiten die van de marktturbulentie te lijden hebben, zouden de gegevens over de activiteiten van banken met betrekking tot de aan een bijzondere waardevermindering onderhevige activa welke worden gebruikt voor het in deel 5.1 bedoelde levensvatbaarheidsonderzoek als volgt kunnen worden gestructureerd.
Tabel 2
Door CEBS waargenomen goede praktijken | Senior Supervisors Group (SSG): Leading Practice Disclosures (van 11.4.2008) |
---|---|
Businessmodel
|
|
Risico- en risicobeheer
| |
Impact van de crisis op de resultaten
|
|
Omvang van en soorten risicoposities
|
|
Vraagstukken op het gebied van de grondslagen voor de verslaggeving en de waardebepaling
|
|
Andere aspecten inzake informatieverschaffing
| |
Vraagstukken met betrekking tot presentatie
|
Voetnoten
FVPL = reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening (Fair Value through Profit And Loss) (= handelsportefeuille + fair value option); AFS = beschikbaar voor verkoop (Available For Sale); HTM = aangehouden tot einde looptijd (Held To Maturity); L&R = leningen en vorderingen (Loans and Receivables).
‘Kostprijs’ betekent de boekwaarde van de leningen minus het bijzonder waardeverminderingsverlies.
FVPL = reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening (Fair Value through Profit And Loss) (= handelsportefeuille + fair value option); AFS = beschikbaar voor verkoop (Available For Sale); HTM = aangehouden tot einde looptijd (Held To Maturity); L&R = leningen en vorderingen (Loans and Receivables).
‘Kostprijs’ betekent de boekwaarde van de leningen minus het bijzonder waardeverminderingsverlies.
Bron: CEBS report on banks' transparency on activities and products affected by the recent market turmoil van 18 juni 2008.
In het SSG-verslag verwijst elk element naar een specifiek type SPE, of naar alle types samen, waarbij SPE staat voor Special Purpose Entities in het algemeen, LF voor Leveraged Finance, CMB voor Commercial Mortgage-Backed Securities, O voor Other sub-prime and Alt-A Exposures (overige subprime en Alt-A-risicoposities), en CDO voor Collateralised Debt Obligations.