Belastingblad 2020/432
Ingevolge de COVID-19 regelgeving is voor het houden van een digitale zitting niet de toestemming van partijen vereist. De beslissing is aan de rechter.
HR 25-09-2020, ECLI:NL:HR:2020:1509, m.nt. J.A. Monsma
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
25 september 2020
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. de Groot, T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze en F.J.P. Lock
- Zaaknummer
20/01583
- Noot
J.A. Monsma
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS236712:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Procesorde
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1509, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 25‑09‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:705, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑07‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑05‑2020
Essentie
Ingevolge de COVID-19 regelgeving is voor het houden van een digitale zitting niet de toestemming van partijen vereist. De beslissing is aan de rechter.
Uitspraak
Beschikking
In de zaak van
[betrokkene], wonende te [woonplaats],
VERZOEKSTER tot cassatie,
hierna: betrokkene,
advocaat: G.E.M. Later,
tegen
de officier van justitie in het Arrondissement Oost-Brabant,
verweerder in cassatie,
hierna: de officier van justitie,
niet verschenen.
1. Procesverloop
Voor het verloop van het geding in feitelijke instantie verwijst de Hoge Raad naar de beschikking in de zaak C/01/356890/FA RK 20-1275 van de rechtbank Oost-Brabant van 30 maart 2020.
Betrokkene heeft tegen de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.