Einde inhoudsopgave
Wet wederzijdse bijstand in de Europese Unie bij de invordering van belastingschulden en enkele andere schuldvorderingen 2012
Artikel 26
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2012
- Bronpublicatie:
08-12-2011, Stb. 2011, 632 (uitgifte: 21-12-2011, kamerstukken: 33022)
- Inwerkingtreding
01-01-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-12-2011, Stb. 2011, 632 (uitgifte: 21-12-2011, kamerstukken: 33022)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie
- Vakgebied(en)
Invordering / Dwanginvordering
Invordering / Inlichtingenverplichting
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
Onze Minister staat toe dat aan een bevoegde autoriteit van een andere lidstaat verstrekte inlichtingen in die andere lidstaat voor een ander doel gebruikt worden dan voor het nemen van invorderingsmaatregelen, conservatoire maatregelen of voor de heffing en invordering van verplichte socialezekerheidsbijdragen indien die inlichtingen in Nederland voor soortgelijke doeleinden kunnen worden gebruikt.
2.
Onze Minister kan binnen tien werkdagen, te rekenen vanaf de datum van ontvangst van de kennisgeving van een verzoekende autoriteit van een andere lidstaat, zich verzetten tegen het voornemen van de bevoegde autoriteit van die andere lidstaat om de ontvangen inlichtingen aan een bevoegde autoriteit van een derde lidstaat te verstrekken.
3.
Toestemming voor het overeenkomstig het eerste lid gebruiken van overeenkomstig het tweede lid doorgegeven inlichtingen kan alleen worden verleend door Onze Minister.