Einde inhoudsopgave
Besluit activiteiten leefomgeving
Artikel 4.1266 (melding)
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
12-09-2023, Stb. 2023, 298 (uitgifte: 15-09-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
27-11-2020, Stb. 2021, 98 (uitgifte: 25-02-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-09-2023, Stb. 2023, 320 (uitgifte: 02-10-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Vakgebied(en)
Omgevingsrecht / Algemeen
Omgevingsrecht / Omgevingswet
1.
Het is verboden de activiteit, bedoeld in artikel 4.1265, te verrichten zonder dit ten minste een week voor het begin ervan te melden.
2.
Een melding bevat:
- a.
de aanduiding van de functionele toepassing, bedoeld in artikel 4.1269, in het kader waarvan de grond of baggerspecie wordt toegepast, en een onderbouwing van de functionaliteit van de toepassing;
- b.
de dimensionering van de functionele toepassing in het kader waarvan de grond of baggerspecie wordt toegepast;
- c.
de hoeveelheid grond of baggerspecie in kubieke meters die in totaal in het kader van de functionele toepassing wordt toegepast;
- d.
de verwachte datum waarop voor het eerst grond of baggerspecie in het kader van de functionele toepassing wordt toegepast;
- e.
de coördinaten van de ontvangende landbodem, tenzij het adres daarvan is vermeld, of de coördinaten van het ontvangende oppervlaktewaterlichaam;
- f.
als gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid toe te passen in het kader van grootschalig toepassen als bedoeld in artikel 4.1274, eerste lid: de vermelding daarvan;
- g.
als sprake is van toepassen in het kader van een opvulling van een diepe plas als bedoeld in artikel 4.1269, tweede lid, onder i: de vermelding daarvan; en
- h.
als sprake is van toepassen in het kader van verspreiding van baggerspecie als bedoeld in artikel 4.1269, derde lid: de vermelding daarvan, met aanduiding van het toepasselijke onderdeel.
3.
Ten minste een week of ten minste vier weken als het gaat om het toepassen, bedoeld in het vijfde lid, voordat de activiteit op een andere manier wordt verricht dan overeenkomstig die gegevens, wordt een melding gedaan, met dien verstande dat een vermelding als bedoeld in het tweede lid, onder f, dat gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid van grootschalig toepassen volgens artikel 4.1274, eerste lid, niet kan worden gewijzigd.
4.
Het eerste lid is niet van toepassing als:
- a.
de grond of baggerspecie wordt toegepast door een natuurlijke persoon, anders dan in het uitoefenen van zijn beroep of bedrijf, en ten hoogste 25 m3 grond of baggerspecie in totaal in het kader van de functionele toepassing wordt toegepast;
- b.
de grond of baggerspecie wordt toegepast op een bedrijf voor het telen van gewassen in de openlucht als bedoeld in paragraaf 3.6.3 en de grond wordt ontgraven uit en toegepast op tot dat bedrijf behorende landbouwgronden;
- c.
in het kader van de functionele toepassing in totaal ten hoogste 50 m3 grond die voldoet aan de kwaliteitseisen voor de kwaliteitsklasse landbouw/natuur, bedoeld in artikel 25d van het Besluit bodemkwaliteit, wordt toegepast en dat kan worden aangetoond met een milieuverklaring bodemkwaliteit;
- d.
in het kader van de functionele toepassing in totaal ten hoogste 50 m3 baggerspecie van een kwaliteit die voldoet aan de kwaliteitseisen voor de kwaliteitsklasse algemeen toepasbaar, bedoeld in artikel 25d van het Besluit bodemkwaliteit, wordt toegepast en dat kan worden aangetoond met een milieuverklaring bodemkwaliteit, tenzij de activiteit wordt verricht in de territoriale zee of in de exclusieve economische zone;
- e.
baggerspecie wordt toegepast in het kader van de verspreiding over aan een oppervlaktewaterlichaam grenzende terreinen, bedoeld in artikel 4.1269, derde lid, onder a;
- f.
de activiteit als vergunningplichtig is aangewezen in hoofdstuk 3; en
- g.
voor de functionele toepassing in het kader waarvan de grond of baggerspecie wordt toegepast, al eerder een melding is gedaan.
5.
In afwijking van het eerste lid geldt een termijn van vier weken voor:
- a.
het toepassen van grond of baggerspecie die overeenkomstig BRL SIKB 7500 is bewerkt in een grondreinigingsinstallatie; en
- b.
het grootschalig toepassen van grond of baggerspecie, bedoeld in artikel 4.1274, eerste lid.