Einde inhoudsopgave
Wet veiligheidstoets investeringen, fusies en overnames
Artikel 51 [Bestuursdwang en bestuurlijke boete]
Geldend
Geldend vanaf 01-06-2023
- Bronpublicatie:
18-05-2022, Stb. 2022, 215 (uitgifte: 10-06-2022, kamerstukken: 35880)
- Inwerkingtreding
01-06-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-05-2023, Stb. 2023, 174 (uitgifte: 31-05-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Staatsrecht (V)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
1.
Onze Minister kan in geval van overtreding van de artikelen 13, vierde lid, 14, vierde lid, eerste volzin, 16, tweede lid, tweede volzin, 17, tweede lid, tweede volzin, 28, zesde lid, 31, 32, derde lid, eerste volzin, 34, zesde lid, zevende lid en achtste lid, 35, eerste lid, 38, derde lid, 40, eerste lid, tweede lid, vijfde lid, 42, tweede lid, 43, eerste lid, onderdeel b, tweede lid, derde lid, vierde lid, vijfde lid, 44, vierde lid, vijfde lid, achtste lid, 45, eerste lid, tweede lid en derde lid de overtreder:
- a.
een last onder bestuursdwang opleggen; en
- b.
een bestuurlijke boete opleggen.
2.
Onze Minister kan in geval van overtreding van de artikelen, 10, eerste lid, 26, eerste lid, 28, vijfde lid, 30, 37, tweede lid, 40, zesde lid en zevende lid, 41 eerste lid en tweede lid, 42, derde lid, 44, eerste lid, 45, vierde lid, 58, tweede lid, de overtreder een bestuurlijke boete opleggen.
3.
De bestuurlijke boete, bedoeld in het eerste en tweede lid, bedraagt ten hoogste een geldboete van het bedrag van de zesde categorie, bedoeld in artikel 23, vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht of, indien de zesde categorie geen passende bestraffing toelaat, ten hoogste 10% van de omzet van de desbetreffende onderneming.
4.
Onze Minister kan in het geval van een overtreding van de artikelen 38, derde lid, 40, tweede lid, 43, vierde lid, 44, vierde lid en vijfde lid, 45, eerste lid en 45, derde lid, de overtreder een bestuurlijke boete opleggen van ten hoogste 10% van de omzet van de groep waarvan de desbetreffende partij in de bewaarketen, deel uitmaakt.