De goede procesorde
Einde inhoudsopgave
De goede procesorde (BPP nr. IV) 2006/5.6:5.6 Slot: de eisen van een goede procesorde en het recht op pleidooi, de beslissing van de rechter en de tenuitvoerlegging van (buitenlandse) uitspraken
De goede procesorde (BPP nr. IV) 2006/5.6
5.6 Slot: de eisen van een goede procesorde en het recht op pleidooi, de beslissing van de rechter en de tenuitvoerlegging van (buitenlandse) uitspraken
Documentgegevens:
Mr. V.C.A. Lindijer, datum 08-11-2006
- Datum
08-11-2006
- Auteur
Mr. V.C.A. Lindijer
- JCDI
JCDI:ADS378677:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
345. In dit hoofdstuk kwam onder de noemer 'afronding van de procedure' een aantal onderling weinig verband houdende aspecten van de civiele procedure ter sprake. Ook de betekenis en functie van de daarop betrekking hebbende verwijzingen naar een goede procesorde of rechtspleging in de rechtspraak lopen sterk uiteen.
Het recht op pleidooi, dat in ieder geval tot de herziening van het procesrecht in 2002 naar de letter van art. 144 (oud) Rv een absoluut recht leek, bleek naar vaste jurisprudentie van de Hoge Raad in zeer uitzonderlijke gevallen te kunnen worden afgewezen, op grond van klemmende, door de wederpartij tegen toewijzing aangevoerde redenen of ambtshalve, wegens strijd met de eisen van een goede procesorde. Daarmee kende de Hoge Raad aan de eisen van een goede procesorde een potentieel derogerende werking toe. Ook thans, onder de werking van art. 134 Rv, moet ervan worden uitgegaan dat de rechter met een beroep op de goede procesorde een verzoek om pleidooi af kan wijzen, ook in het geval dat een partij niet voldoende gelegenheid heeft gehad om haar standpunt in voldoende mate mondeling toe te lichten ter gelegenheid van een comparitie na antwoord, en zij dientengevolge aan art. 134 Rv een recht op pleidooi kan ontlenen. Tot strijd met art. 6 EVRM hoeft dit niet noodzakelijkerwijs te leiden. Hoewel in deze bepaling blijkens de rechtspraak van het EHRM in ieder geval het recht op een mondelinge behandeling op enig moment in de procedure ligt besloten, aanvaardt het EHRM dat bijzondere omstandigheden kunnen rechtvaardigen dat van een mondelinge behandeling wordt afgezien. Ook naar de rechtspraak van de Hoge Raad is voor een afwijzing van een verzoek om pleidooi op grond van klemmende redenen of wegens strijd met een goede procesorde, alleen plaats in zeer uitzonderlijke gevallen.
Anderzijds bleken de eisen van een goede procesorde evengoed te kunnen meebrengen dat een partij toegelaten diende te worden tot het houden van pleidooi, in gevallen waarin zij daarop naar de letter van de wet geen aanspraak kon maken, of in ieder geval onduidelijk was of zij daarop aanspraak kon maken. Zo bijvoorbeeld indien de behandeling van een zaak na verwijzing in cassatie wordt voortgezet door de lagere rechter.
346. Toegespitst op de wijze waarop de rechter tot een uitspraak in de aan hem voorgelegde kwestie dient te komen, bleken de eisen van een goede procesorde of rechtspleging onder meer in te houden dat de rechter het recht van partijen op hoor en wederhoor voldoende respecteert, dat hij zijn beslissingen zo motiveert dat deze motivering voldoende inzicht geeft in de aan haar ten grondslag liggende gedachtegang, om de beslissing zowel voor partijen als derden voldoende controleerbaar en aanvaardbaar te maken, alsook dat de rechter ten overstaan van wie het verhoor van getuigen of deskundigen heeft plaatsgevonden in beginsel meewerkt aan de beslissing in die zaak. Voorts bleken de beginselen van een behoorlijke rechtspleging te kunnen meebrengen dat de rechter is gebonden aan de regels die zijn vervat in een door het gerecht vastgesteld en behoorlijk bekendgemaakt procesreglement.
Aldus behelzen de eisen van een goede procesorde of rechtspleging in aanvulling op de wet ook normen voor de wijze waarop de rechter zijn bevoegdheid tot het geven van een beslissing dient uit te oefenen. Soms vallen die eisen gedeeltelijk samen met wettelijke normen, bijvoorbeeld met betrekking tot de motiveringsverplichting van de rechter. De strekking of het geldingsbereik van de norm die met een beroep op de eisen van een goede procesorde werd gecreëerd bleek echter ofwel meeromvattend dan de wettelijke norm, ofwel preciezer. In dat laatste geval kon de toepassing van de eisen van een goede procesorde of rechtspleging worden beschouwd als een nadere invulling van de wettelijke norm.
347. Voorts bleek de Hoge Raad er niet voor terug te schrikken om met een beroep op de eisen van proceseconomie en van een goede procesorde te beslissen dat een verbetering van een kennelijke, ook voor partijen kenbare en voor eenvoudig herstel vatbare verschrijving in de uitspraak, ambtshalve, dan wel op verzoek van partijen kan geschieden door de rechter die de uitspraak deed, ook al voorzag de wettelijke regeling niet expliciet in die mogelijkheid. De Hoge Raad blijkt de eisen van een goede procesorde aldus (mede)bepalend te achten voor de vraag of de wettelijke regeling aanvulling behoeft - de Hoge Raad had ook kunnen beslissen dat de partij die verbetering wenst de daartoe door de wet aangewezen weg diende te bewandelen en derhalve een door de wet tegen de uitspraak beschikbaar gesteld rechtsmiddel had moeten aanwenden - alsmede voor de wijze waarop die aanvullende regeling gestalte wordt gegeven.
348. Ten slotte bleek ook in verband met de erkenning en tenuitvoerlegging van buitenlandse beslissingen een rol voor de beginselen van een behoorlijke rechtspleging weggelegd, althans voor de beginselen die in de Nederlandse rechtsorde van fundamenteel belang worden geacht. Een dergelijke erkenning of tenuitvoerlegging kan worden geweigerd indien zij in strijd komt met de Nederlandse openbare orde. Naar vaste rechtspraak van de Hoge Raad is daarvan onder meer sprake indien de buitenlandse beslissing tot stand is gekomen met veronachtzaming van fundamentele beginselen van een behoorlijke rechtspleging. Aldus worden deze beginselen gebruikt ter concretisering van de toetsing aan het openbareordecriterium.