NJB 2017/367:Internationale bevoegdheid. Arbeidsovereenkomst als bedoeld in art. 18-21 EEX-Vo. Vervolg op HR 24 januari 2014, ECLI:NL:HR:2014:164, NJ 2014/73 en HvJ EU 10 september 2015, ECLI:EU:C:2015:574. Een in Nederland gevestigde vennootschap vordert schadevergoeding van een in Duitsland woonachtige natuurlijke persoon wegens diens onbehoorlijke taakvervulling als bestuurder en wegens diens opzet of bewuste roekeloosheid als werknemer. De natuurlijke persoon beroept zich op onbevoegdheid van de Nederlandse rechter. Hoge Raad: Indien de natuurlijke persoon in zijn hoedanigheid van directeur en van bestuurder gedurende bepaalde tijd voor en onder het gezag van de vennootschap prestaties heeft verricht tegen beloning, is de Nederlandse rechter niet bevoegd. De stukken van het geding laten geen andere conclusie toe dan dat aan dit vereiste is voldaan

NJB 2017/367

Internationale bevoegdheid. Arbeidsovereenkomst als bedoeld in art. 18-21 EEX-Vo. Vervolg op HR 24 januari 2014, ECLI:NL:HR:2014:164, NJ 2014/73 en HvJ EU 10 september 2015, ECLI:EU:C:2015:574. Een in Nederland gevestigde vennootschap vordert schadevergoeding van een in Duitsland woonachtige natuurlijke persoon wegens diens onbehoorlijke taakvervulling als bestuurder en wegens diens opzet of bewuste roekeloosheid als werknemer. De natuurlijke persoon beroept zich op onbevoegdheid van de Nederlandse rechter. Hoge Raad: Indien de natuurlijke persoon in zijn hoedanigheid van directeur en van bestuurder gedurende bepaalde tijd voor en onder het gezag van de vennootschap prestaties heeft verricht tegen beloning, is de Nederlandse rechter niet bevoegd. De stukken van het geding laten geen andere conclusie toe dan dat aan dit vereiste is voldaan

Documentgegevens:

HR 03-02-2017, ECLI:NL:HR:2017:133 (Holterman c.s./Spies)

Instantie: Hoge Raad
Datum: 3 februari 2017
Magistraten: Mrs. E.J. Numann, C.A. Streefkerk, G. Snijders, M.V. Polak, M.J. Kroeze
Zaaknummer: 13/01256
Roepnaam: Holterman c.s./Spies
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakgebied(en): Arbeidsrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Europees burgerlijk procesrecht
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2017:133, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑02‑2017
ECLI:NL:PHR:2016:1126, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑11‑2016
ECLI:NL:HR:2014:164, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑01‑2014
ECLI:NL:PHR:2013:1265, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑11‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑02‑2013
Wetingang: (art. 2:9, 6:162 BW, art. 7:661 (oud) BW; art. 5, aanhef en onder 1 (a) en 3, art. 18 lid 1, art. 19, 20 lid 1, art. 21 EEX-Vo)

Essentie

Internationale bevoegdheid. Arbeidsovereenkomst als bedoeld in art. 18-21 EEX-Vo. Vervolg op HR 24 januari 2014, ECLI:NL:HR:2014:164, NJ 2014/73 en HvJ EU 10 september 2015, ECLI:EU:C:2015:574. Een in Nederland gevestigde vennootschap vordert schadevergoeding van een in Duitsland woonachtige natuurlijke persoon wegens diens onbehoorlijke taakvervulling als bestuurder en wegens diens opzet of bewuste roekeloosheid als werknemer. De natuurlijke persoon beroept zich op onbevoegdheid van de Nederlandse rechter. Hoge Raad: Indien de natuurlijke persoon in zijn hoedanigheid van directeur en van bestuurder gedurende bepaalde tijd voor en onder het gezag van de vennootschap prestaties ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.