Vereenvoudigd derdenbeslag

Vereenvoudigd derdenbeslag

Diana Jansen

id-c30a560a-b592-4cc6-ac1e-54230313335b

Advocaat belastingrecht verbonden aan Tax Studio te Amsterdam, docent en auteur op het gebied van formeel belastingrecht

De ontvanger van de Belastingdienst kan in bepaalde gevallen op vereenvoudigde wijze beslag onder derden leggen zonder tussenkomst van een deurwaarder. De kostbare en tijdrovende route van executoriaal derdenbeslag hoeft hij dan niet te bewandelen.

In dit thema krijgt u antwoord op de volgende vragen:

Wat houdt vereenvoudigd derdenbeslag in?

Wat is het verschil tussen vereenvoudigd derdenbeslag en executoriaal derdenbeslag?

Ten aanzien van welke derden mag een vordering worden gedaan?

Op wat voor schulden mag de vordering zien?

Waar mag geen beslag op worden gelegd?

De financiële positie van een schuldenaar staat niet op zichzelf. Vaak hebben derden geld van de schuldenaar onder zich of zijn zij geld aan de schuldenaar verschuldigd. Een schuldeiser kan zich in dat geval verhalen op hetgeen de derde aan de schuldenaar is verschuldigd dan wel op hetgeen een derde ten behoeve van de schuldenaar onder zich heeft. Dit kan door het leggen van executoriaal derdenbeslag, maar dit is een tijdrovende en kostbare route. De ontvanger kan het zogenoemd derdenbeslag op vereenvoudigde wijze leggen zonder tussenkomst van een deurwaarder.

Formaliteiten

Voordat de ontvanger tot een vordering bij een derde overgaat, dient hij eerst een dwangbevel aan de belastingschuldige te betekenen en dient hij hem te bevelen om te betalen. Blijft betaling uit, dan kan de ontvanger zich met een vordering wenden tot de derde. Deze vordering moet door de ontvanger bij beschikking worden gedaan. In de praktijk betekent dat het verzenden van een eenvoudige brief. De derde is vervolgens verplicht om terstond aan deze vordering van de ontvanger te voldoen. De ontvanger moet de belastingschuldige altijd op de hoogte stellen. De belastingschuldige kan hiertegen in verzet komen.

Beslagvrije bedrag

Het beslag mag niet op het gehele betreffende bedrag worden gelegd. Er moet een bedrag worden vrijgehouden van beslag. Dit beslagvrije bedrag moet garanderen dat de belastingschuldige de noodzakelijke uitgaven kan doen voor zijn eerste levensbehoeften.

Documenten bij dit thema

Artikel 19 IW 1990

Artikel 475 RV (en verder)

Artikel 17 IW 1990

Artikel 19 Leidraad invordering 2008

Hoge Raad 13 februari 2009, nr. C07/159HR, ECLI:NL:PHR:2009:BG5256, NJ 2009/106, RvdW 2009, 303, JWB 2009/52

Hoge Raad 29 oktober 2004, nr. C03/166HR, ECLI:NL:HR:2004:AP4504, NJ 2006/203, TvI 2005, 9, JOW 2005, 59, RvdW 2004, 123, Ondernemingsrecht 2005, 23, JWB 2004/375

Hof ’s-Hertogenbosch 18 december 2012, nr. HD 200.058.729, ECLI:NL:GHSHE:2012:BY6935, V-N 2013/17.26

Hof Den Haag 25 april 2017, nr. 200.194.235/01, ECLI:NL:GHDHA:2017:1154 (niet gepubliceerd)

Rb. Amsterdam 28 januari 2015, nr. 3126479 - CV EXPL 14-16016, ECLI:NL:RBAMS:2015:285, FutD 2015-0349

J.J. Vetter, Invordering van belastingen; een overzicht van trends en ontwikkelingen in de afgelopen periode, TFO 2017/154.3

De (on)mogelijkheden van (derden)beslag op cryptovaluta, J. Graaff, Bb 2022/43

A.J. Tekstra, J.J. Vetter, Invordering van belastingen, Deventer: Wolters Kluwer 2024 (elfde druk), hoofdstuk 12 (p. 205 e.v.)

Vakstudie Invorderingswet, art. 19 Invorderingswet 1990, aant. 2 Vordering

Vakstudie Invorderingswet, art. 17 Invorderingswet 1990, aant. 2 Verhaal onder derden

Cursus Belastingrecht FBR.10.3.3.D, Derdenbeslag, J.H.P.M. Raaijmakers