Staatssecretaris Idsinga van Financiën heeft op Prinsjesdag het wetsvoorstel Belastingplan BES-eilanden 2025 bij de Tweede Kamer ingediend. Het wetsvoorstel is onderdeel van het pakket Belastingplan 2025. Het is de bedoeling dat de wet op 1 januari 2025 in werking treedt. Het wetsvoorstel omvat verschillende maatregelen die invloed hebben op de belastingwetgeving voor de BES-eilanden (Bonaire, Sint-Eustatius en Saba).
De wet bevat de volgende aanpassingen:
⁃
De termijn van de investeringsregeling in de vastgoedbelasting wordt verkort van tien jaar naar vijf jaar. De nieuwe regeling geldt voor beschikkingen afgegeven na 1 januari 2025.
⁃
De vastgoedbelasting voor hotels wordt met 1%-punt verhoogd: van 10% naar 11%.
⁃
Het tarief voor de opbrengstbelasting en het IB-tarief voor winst uit aanmerkelijk belang wordt met 2,5%-punt verhoogd: van 5% naar 7.5%.
⁃
De grens van de kleineondernemersregeling wordt vanaf 2025 jaarlijks geïndexeerd met de tabelcorrectiefactor van artikel 25 IB BES (inflatiecorrectie). Ten behoeve van de tabelcorrectiefactor wordt jaarlijks de verdeelsleutel aangepast aan de hand van de inwonersaantallen van de BES-eilanden (per 1 januari zoals vastgesteld door het CBS).
⁃
In de overdrachtsbelasting wordt een aantal gedateerde foutieve verwijzingen naar de Nederlandse en de voormalige Nederlands-Antilliaanse wetgeving met terugwerkende kracht hersteld.
⁃
Het begrip 'eigen woning' wordt voor toepassing van de eigenwoningregeling in de inkomstenbelasting verduidelijkt.
⁃
Voor het begrip loon in de Wet IB BES wordt aansluiting gezocht bij het begrip loon in de Wet LB BES. Loonbepalingen in de Wet IB BES die thuishoren in de Wet LB BES of daar reeds een plaats hebben, worden overgeheveld naar de Wet LB BES respectievelijk komen te vervallen. Dit is een technische wijziging.
⁃
Alle geldboeten (binnenlands en buitenlands) zijn niet meer aftrekbaar van de winst.
⁃
De vrijstelling voor tot het loon behorende rechten op periodieke uitkeringen die wordt genoten ter vervanging van gederfd of te derven loon vervalt. Voor bestaande stamrechten geldt een eerbiedigende werking; deze worden belast bij uitkering.
⁃
Vanaf 2025 wordt wettelijk vastgelegd dat de belastingvrije som aan het wettelijk minimumloon per kalenderjaar wordt gekoppeld.
⁃
De instap naar de tweede schijf in de inkomstenbelasting wordt verlaagd van een belastbaar inkomen van USD 322.769 naar USD 50.000.
⁃
De opbrengstbelasting die is geheven over de uitdeling van vermogen als bedoeld in artikel 5.8 Belastingwet BES (exitheffing) wordt niet meer aangemerkt als voorheffing op de inkomstenbelasting.
⁃
Met de invoering van de eindheffing bij naheffingen kan ook de inhoudingsplichtige belastingplichtig zijn.
⁃
De arbeidsverhouding van de partner van de aanmerkelijkbelanghouder die werkzaamheden verricht voor het lichaam waarin het aanmerkelijk belang worden gehouden, wordt aangemerkt als een fictieve dienstbetrekking.
⁃
Alle bepalingen inzake het voorwerp van belasting worden ondergebracht in één hoofdstuk in de Wet LB BES. Dit is een technische wijziging.
⁃
De hoofdstukindeling van de Wet LB BES wordt aangepast, waarbij bepalingen inzake tarief, wijze van heffing, eindheffing en aanvullende regelingen in onderscheiden hoofdstukken worden ondergebracht. Dit is een technische wijziging.
⁃
Het recht van de werknemer op een of meer uitkeringen ten laste van een spaar- en voorzieningenfonds wordt behandeld als een belaste aanspraak. De werkgeversstorting behoort tot het loon, de aangegroeide rente en de uitkering ten laste van het fonds niet.
⁃
Het autokostenforfait wordt van toepassing voor de belastingplichtige die niet in dienstbetrekking werkzaamheden verricht en aan wie een personenauto of een bestelauto ter beschikking wordt gesteld.
⁃
De doelmatigheidsmarge is niet van toepassing indien het loon (door toepassing ervan) lager is dan het normbedrag (gebruikelijkloonregeling).
⁃
Het huidige tariefstelsel bevat een aantal onduidelijkheden en is niet eenduidig. Gekozen wordt voor toepassing van tijdvaktabellen en tabellen bijzondere beloningen, overeenkomstig de in Nederland gebruikelijke en voorgeschreven methode. Dit is een technische wijziging.
⁃
Het anoniementarief wordt uitgebreid en is ook van toepassing als: i) de werknemer zijn CRIB-nummer niet aan de inhoudingsplichtige verstrekt, ii) de identiteit van de werknemer niet op de juiste wijze is vastgesteld en opgenomen in de loonadministratie en iii) de werknemer onjuiste gegevens heeft verstrekt waarvan de inhoudingsplichtige weet of redelijkerwijs moet weten dat die niet juist zijn.
⁃
Om werken in de illegaliteit tegen te gaan, moet de identiteit van de werknemer worden vastgesteld aan de hand van een ID-bewijs en moet een kopie van het ID-bewijs bij de loonadministratie worden bewaard. De werknemer dient zijn CRIB-nummer aan de inhoudingsplichtige te verstrekken.
⁃
Delegatiebepalingen voor lagere regelgeving waarin bepalingen worden opgenomen over onder meer loonadministratie, loonbelastingverklaring en modelloonstaat. Dit is merendeels codificatie van de huidige uitvoeringspraktijk.
⁃
In de Wet LB BES wordt een eindheffingsregime ingevoerd voor bestanddelen van het loon waarover de verschuldigde belasting niet is geheven en waarvoor een naheffingsaanslag wordt opgelegd. Over deze eindheffingsbestanddelen betaalde loonbelasting kan niet worden verrekend met de op aanslag verschuldigde inkomstenbelasting.
⁃
De regelgeving ten aanzien van de afgifte en controle van certificaten die dienen tot bewijs van de oorsprong van goederen uit de BES-eilanden wordt aangepast aan het REX-systeem (Registered Exporter).
⁃
De regels voor het treffen van identificatiemaatregelen (zoals zegels) worden uitgebreid met betrekking tot bergingsmiddelen zoals containers. Verder wordt een nieuwe strafbepaling ingevoerd voor niet-naleving van de regels omtrent identificatiemaatregelen.
⁃
De regeling voor het onjuiste gebruik van een vrijstelling waarbij goederen worden ingevoerd of ten onrechte een vrijstelling wordt genoten vanwege de verstrekking van onjuiste of onvolledige gegevens wordt uitgebreid, zodat ook de aangever van de ingevoerde goederen als schuldenaar van een douaneschuld kan worden aangemerkt.
⁃
Degene die medeplichtig is aan het doen van een onjuiste of onvolledige aangifte of verklaring tot inklaring of tot uitklaring kan ook strafbaar worden gesteld.
⁃
De vrijstelling voor de tijdelijke invoer van goederen wordt uitgebreid met het gebruik van sleepboten voor de uitvoering van sleepwerkzaamheden in de territoriale wateren van de BES-eilanden.
⁃
De regeling voor de teruggaaf van accijnzen wordt uitgebreid.
Met de nota van wijziging wordt een kennelijke fout hersteld. Per abuis is in art. 8.24b lid 2 van de Belastingwet BES alleen aangegeven wat de grondslag is van de bestuurlijke boete in geval van opzet. Hier had ook moeten staan dat deze grondslag van toepassing is in geval van grove schuld.
Tweede nota van wijziging
Het voorgestelde art. III onderdeel T bestaat uit drie subonderdelen. Echter, bij de nummering van deze subonderdelen is ten onrechte twee keer het nummer 2 gebruikt. Deze omissie wordt met deze nota van wijziging hersteld door het tweede subonderdeel 2 te vernummeren tot 3.
Maatregelen in aangenomen amendementen:
⁃
Er wordt meer tijd gegeven aan inhoudingsplichtigen en werknemers op de BES-eilanden om aan de nieuwe identificatieplicht te voldoen. De huidige inwerkingsdatum van 1 januari 2025 wordt opgeschoven naar 1 april 2025 (amendement 36604, nr. 10).
⁃
Enkele elementen uit het Belastingplan BES 2025 die samenhangen met de koppeling tussen het wettelijk minimumloon en de belastingvrije som worden uitgesteld voor de duur van minimaal een jaar (amendement 36604, nr. 11).
Stand van zaken
Het voorstel is ingediend bij de Tweede Kamer. Het voorstel is op 14 november 2024 aangenomen door de Tweede Kamer. Ook zijn amendementen nr. 10 en 11 aangenomen.
Documenten bij dit thema
Wetgeving
Wetgeving in wording
Kies de voorgestelde versie in de tijdsbalk per 1 januari 2025 bij het wetsartikel. Hier is vergelijken van versies ook mogelijk.
Redactie
Staatssecretaris Idsinga van Financiën heeft op Prinsjesdag het wetsvoorstel Belastingplan BES-eilanden 2025 bij de Tweede Kamer ingediend. Het wetsvoorstel is onderdeel van het pakket Belastingplan 2025. Het is de bedoeling dat de wet op 1 januari 2025 in werking treedt. Het wetsvoorstel omvat verschillende maatregelen die invloed hebben op de belastingwetgeving voor de BES-eilanden (Bonaire, Sint-Eustatius en Saba).
De wet bevat de volgende aanpassingen:
De termijn van de investeringsregeling in de vastgoedbelasting wordt verkort van tien jaar naar vijf jaar. De nieuwe regeling geldt voor beschikkingen afgegeven na 1 januari 2025.
De vastgoedbelasting voor hotels wordt met 1%-punt verhoogd: van 10% naar 11%.
Het tarief voor de opbrengstbelasting en het IB-tarief voor winst uit aanmerkelijk belang wordt met 2,5%-punt verhoogd: van 5% naar 7.5%.
De grens van de kleineondernemersregeling wordt vanaf 2025 jaarlijks geïndexeerd met de tabelcorrectiefactor van artikel 25 IB BES (inflatiecorrectie). Ten behoeve van de tabelcorrectiefactor wordt jaarlijks de verdeelsleutel aangepast aan de hand van de inwonersaantallen van de BES-eilanden (per 1 januari zoals vastgesteld door het CBS).
In de overdrachtsbelasting wordt een aantal gedateerde foutieve verwijzingen naar de Nederlandse en de voormalige Nederlands-Antilliaanse wetgeving met terugwerkende kracht hersteld.
Het begrip 'eigen woning' wordt voor toepassing van de eigenwoningregeling in de inkomstenbelasting verduidelijkt.
Voor het begrip loon in de Wet IB BES wordt aansluiting gezocht bij het begrip loon in de Wet LB BES. Loonbepalingen in de Wet IB BES die thuishoren in de Wet LB BES of daar reeds een plaats hebben, worden overgeheveld naar de Wet LB BES respectievelijk komen te vervallen. Dit is een technische wijziging.
Alle geldboeten (binnenlands en buitenlands) zijn niet meer aftrekbaar van de winst.
De vrijstelling voor tot het loon behorende rechten op periodieke uitkeringen die wordt genoten ter vervanging van gederfd of te derven loon vervalt. Voor bestaande stamrechten geldt een eerbiedigende werking; deze worden belast bij uitkering.
Vanaf 2025 wordt wettelijk vastgelegd dat de belastingvrije som aan het wettelijk minimumloon per kalenderjaar wordt gekoppeld.
De instap naar de tweede schijf in de inkomstenbelasting wordt verlaagd van een belastbaar inkomen van USD 322.769 naar USD 50.000.
De opbrengstbelasting die is geheven over de uitdeling van vermogen als bedoeld in artikel 5.8 Belastingwet BES (exitheffing) wordt niet meer aangemerkt als voorheffing op de inkomstenbelasting.
Met de invoering van de eindheffing bij naheffingen kan ook de inhoudingsplichtige belastingplichtig zijn.
De arbeidsverhouding van de partner van de aanmerkelijkbelanghouder die werkzaamheden verricht voor het lichaam waarin het aanmerkelijk belang worden gehouden, wordt aangemerkt als een fictieve dienstbetrekking.
Alle bepalingen inzake het voorwerp van belasting worden ondergebracht in één hoofdstuk in de Wet LB BES. Dit is een technische wijziging.
De hoofdstukindeling van de Wet LB BES wordt aangepast, waarbij bepalingen inzake tarief, wijze van heffing, eindheffing en aanvullende regelingen in onderscheiden hoofdstukken worden ondergebracht. Dit is een technische wijziging.
Het recht van de werknemer op een of meer uitkeringen ten laste van een spaar- en voorzieningenfonds wordt behandeld als een belaste aanspraak. De werkgeversstorting behoort tot het loon, de aangegroeide rente en de uitkering ten laste van het fonds niet.
Het autokostenforfait wordt van toepassing voor de belastingplichtige die niet in dienstbetrekking werkzaamheden verricht en aan wie een personenauto of een bestelauto ter beschikking wordt gesteld.
De doelmatigheidsmarge is niet van toepassing indien het loon (door toepassing ervan) lager is dan het normbedrag (gebruikelijkloonregeling).
Het huidige tariefstelsel bevat een aantal onduidelijkheden en is niet eenduidig. Gekozen wordt voor toepassing van tijdvaktabellen en tabellen bijzondere beloningen, overeenkomstig de in Nederland gebruikelijke en voorgeschreven methode. Dit is een technische wijziging.
Het anoniementarief wordt uitgebreid en is ook van toepassing als: i) de werknemer zijn CRIB-nummer niet aan de inhoudingsplichtige verstrekt, ii) de identiteit van de werknemer niet op de juiste wijze is vastgesteld en opgenomen in de loonadministratie en iii) de werknemer onjuiste gegevens heeft verstrekt waarvan de inhoudingsplichtige weet of redelijkerwijs moet weten dat die niet juist zijn.
Om werken in de illegaliteit tegen te gaan, moet de identiteit van de werknemer worden vastgesteld aan de hand van een ID-bewijs en moet een kopie van het ID-bewijs bij de loonadministratie worden bewaard. De werknemer dient zijn CRIB-nummer aan de inhoudingsplichtige te verstrekken.
Delegatiebepalingen voor lagere regelgeving waarin bepalingen worden opgenomen over onder meer loonadministratie, loonbelastingverklaring en modelloonstaat. Dit is merendeels codificatie van de huidige uitvoeringspraktijk.
In de Wet LB BES wordt een eindheffingsregime ingevoerd voor bestanddelen van het loon waarover de verschuldigde belasting niet is geheven en waarvoor een naheffingsaanslag wordt opgelegd. Over deze eindheffingsbestanddelen betaalde loonbelasting kan niet worden verrekend met de op aanslag verschuldigde inkomstenbelasting.
De regelgeving ten aanzien van de afgifte en controle van certificaten die dienen tot bewijs van de oorsprong van goederen uit de BES-eilanden wordt aangepast aan het REX-systeem (Registered Exporter).
De regels voor het treffen van identificatiemaatregelen (zoals zegels) worden uitgebreid met betrekking tot bergingsmiddelen zoals containers. Verder wordt een nieuwe strafbepaling ingevoerd voor niet-naleving van de regels omtrent identificatiemaatregelen.
De regeling voor het onjuiste gebruik van een vrijstelling waarbij goederen worden ingevoerd of ten onrechte een vrijstelling wordt genoten vanwege de verstrekking van onjuiste of onvolledige gegevens wordt uitgebreid, zodat ook de aangever van de ingevoerde goederen als schuldenaar van een douaneschuld kan worden aangemerkt.
Degene die medeplichtig is aan het doen van een onjuiste of onvolledige aangifte of verklaring tot inklaring of tot uitklaring kan ook strafbaar worden gesteld.
De vrijstelling voor de tijdelijke invoer van goederen wordt uitgebreid met het gebruik van sleepboten voor de uitvoering van sleepwerkzaamheden in de territoriale wateren van de BES-eilanden.
De regeling voor de teruggaaf van accijnzen wordt uitgebreid.
Aanpassingen in de Wet algemene ouderdomsverzekering BES, Wet algemene weduwen- en wezenverzekering BES, Cessantiawet BES, Wet ongevallenverzekering BES en Wet ziekteverzekering BES. Inhoudelijke wijzigingen zijn daarmee niet beoogd.
Nota van wijziging
Met de nota van wijziging wordt een kennelijke fout hersteld. Per abuis is in art. 8.24b lid 2 van de Belastingwet BES alleen aangegeven wat de grondslag is van de bestuurlijke boete in geval van opzet. Hier had ook moeten staan dat deze grondslag van toepassing is in geval van grove schuld.
Tweede nota van wijziging
Het voorgestelde art. III onderdeel T bestaat uit drie subonderdelen. Echter, bij de nummering van deze subonderdelen is ten onrechte twee keer het nummer 2 gebruikt. Deze omissie wordt met deze nota van wijziging hersteld door het tweede subonderdeel 2 te vernummeren tot 3.
Maatregelen in aangenomen amendementen:
Er wordt meer tijd gegeven aan inhoudingsplichtigen en werknemers op de BES-eilanden om aan de nieuwe identificatieplicht te voldoen. De huidige inwerkingsdatum van 1 januari 2025 wordt opgeschoven naar 1 april 2025 (amendement 36604, nr. 10).
Enkele elementen uit het Belastingplan BES 2025 die samenhangen met de koppeling tussen het wettelijk minimumloon en de belastingvrije som worden uitgesteld voor de duur van minimaal een jaar (amendement 36604, nr. 11).
Stand van zaken
Het voorstel is ingediend bij de Tweede Kamer. Het voorstel is op 14 november 2024 aangenomen door de Tweede Kamer. Ook zijn amendementen nr. 10 en 11 aangenomen.
Documenten bij dit thema
Wetgeving
Wetgeving in wording
Kies de voorgestelde versie in de tijdsbalk per 1 januari 2025 bij het wetsartikel. Hier is vergelijken van versies ook mogelijk.
Art. 4.8 Belastingwet BES
Art. 4.9 Belastingwet BES
Art. 5.5 Belastingwet BES
Art. 6.22 Belastingwet BES
Art. 7.2 Belastingwet BES
Art. 7.19 Belastingwet BES
Art. 7.20 Belastingwet BES
Art. 7b.9 Belastingwet BES
Art. 4 Wet inkomstenbelasting BES
Art. 6 Wet inkomstenbelasting BES
Art. 8 Wet inkomstenbelasting BES
Art. 9 Wet inkomstenbelasting BES
Art. 9c Wet inkomstenbelasting BES
Art. 11 Wet inkomstenbelasting BES
Art. 16 Wet inkomstenbelasting BES
Art. 24a Wet inkomstenbelasting BES
Art. 24b Wet inkomstenbelasting BES
Art. 25 Wet inkomstenbelasting BES
Art. 41a Wet inkomstenbelasting BES
Art. 73 Wet inkomstenbelasting BES
Art. 1 Wet loonbelasting BES
Art. 3 Wet loonbelasting BES
Art. 5 Wet loonbelasting BES
Art. 6 Wet loonbelasting BES
Art. 6c Wet loonbelasting BES
Art. 6d Wet loonbelasting BES
Art. 6e Wet loonbelasting BES
Art. 7 Wet loonbelasting BES
Art. 8 Wet loonbelasting BES
Art. 8a Wet loonbelasting BES
Art. 8b Wet loonbelasting BES
Art. 9 Wet loonbelasting BES
Art. 9a Wet loonbelasting BES
Art. 10 Wet loonbelasting BES
Art. 11 Wet loonbelasting BES
Art. 12 Wet loonbelasting BES
Art. 12a Wet loonbelasting BES
Art. 19 Wet loonbelasting BES
Art. 19a Wet loonbelasting BES
Art. 20 Wet loonbelasting BES
Art. 21 Wet loonbelasting BES
Art. 21a Wet loonbelasting BES
Art. 21b Wet loonbelasting BES
Art. 2.37 Douane- en Accijnswet BES
Art. 2.55 Douane- en Accijnswet BES
Art. 2.73 Douane- en Accijnswet BES
Art. 2.128 Douane- en Accijnswet BES
Art. 2.134a Douane- en Accijnswet BES
Art. 3.142 Douane- en Accijnswet BES
Art. 4.50a Douane- en Accijnswet BES
Art. 26 Wet algemene ouderdomsverzekering BES
Art. 29 Wet algemene weduwen- en wezenverzekering BES
Art. 1 Cessantiawet BES
Art. 7 Cessantiawet BES
Art. 1 Wet ongevallenverzekering BES
Art. 8 Wet ongevallenverzekering BES
Art. 1 Wet ziekteverzekering BES
Art. 8 Wet ziekteverzekering BES
Literatuur
-
Naslag
Documenten:
Aangenomen amendement van het lid Grinwis c.s. over wijzigingen samenhangend met de koppeling tussen het wettelijk minimumloon en de belastingvrije som met minimaal een jaar uitstellen, 36604, nr. 11
Aangenomen gewijzigd amendement van het lid Van Oostenbruggen ter vervanging van nr. 8 over de identificatieplicht opschuiven naar 1 april 2025, 36604, nr. 10
36604, bijgewerkt t/m nr. 9 (2e NvW d.d. 29 oktober 2024)
Beslisnota bij Tweede Nota van wijziging inzake wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten die betrekking hebben op de BES-eilanden (Belastingplan BES-eilanden 2025) 36604
Tweede Nota van wijziging, 36604, nr. 9
Convocatie wetgevingsoverleg Pakket Belasting 2025
Amendement van het lid Van Oostenbruggen over de identificatieplicht opschuiven naar 1 april 2025, 36604, nr. 8 (vervangen door nr. 10)
Nota naar aanleiding van het verslag inzake Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten die betrekking hebben op de BES-eilanden (Belastingplan BES-eilanden 2025), 36604, nr. 7
36604, bijgewerkt t/m nr. 6 (NvW van 11 oktober 2024)
Nota van wijziging, 3660, nr. 6
Verslag, 36604, nr. 5
Advies afdeling advisering Raad van State en nader rapport, 36604, nr. 4
Advies eilandsraden, 36604, bijlage
Uitvoeringstoets Belastingdienst, 36604, bijlage
Memorie van toelichting, 36604, nr. 3
Wetsvoorstel, 36604, nr. 2
Koninklijke boodschap, 36604, nr. 1