Einde inhoudsopgave
Wet aanpassing pensioenvoorzieningen Bijstandkorps
Artikel 17
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2015
- Bronpublicatie:
25-06-2014, Stb. 2014, 227 (uitgifte: 27-06-2014, kamerstukken: 33716)
- Inwerkingtreding
01-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-07-2014, Stb. 2014, 271 (uitgifte: 15-07-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Financiën
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
1.
Bij gelijktijdige aanspraak op een weduwepensioen, onderscheidenlijk een wezenpensioen en een algemene nabestaandenuitkering, onderscheidenlijk een algemene wezenuitkering wordt, voor zover de tijdvakken, waarop het pensioen en de algemene uitkering geacht worden betrekking te hebben, samenvallen, de betaling van het weduwepensioen, onderscheidenlijk het wezenpensioen iedere maand beperkt naar reden van 2 percent van de algemene nabestaandenuitkering, onderscheidenlijk de algemene wezenuitkering per samenvallend jaar.
2.
Indien aanspraak bestaat op een algemene nabestaandenuitkering op grond van artikel 14, eerste lid, onderdeel a, van de Algemene nabestaandenwet, doch geen van de in evengenoemde bepaling bedoelde kinderen recht heeft op een wezenpensioen, wordt de beperking berekend naar de algemene nabestaandenuitkering die geldt voor degenen op wie artikel 17, eerste lid, van de Algemene nabestaandenwet toepassing vindt.
3.
Het bepaalde in artikel 12 is van overeenkomstige toepassing.
4.
Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kan nadere regels stellen met betrekking tot de in de vorige leden bedoelde beperking te hanteren bedragen.