Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling Kadasterwet 1994
Artikel 24
Geldend
Geldend vanaf 01-05-1994
- Bronpublicatie:
14-04-1994, Stcrt. 1994, 81 (uitgifte: 27-04-1994, regelingnummer: KAZ14494009)
- Inwerkingtreding
01-05-1994
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-02-1994, Stb. 1994, 125 (uitgifte: 01-01-1994, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Algemeen
Goederenrecht / Algemeen
Vermogensrecht / Algemeen
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Insolventierecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De wijze van bijwerking, bedoeld in artikel XI van hoofdstuk II van de Invoeringswet Kadasterwet, geschiedt met inachtneming van het tweede en derde lid.
2.
Ingeval de geautomatiseerde bestanden van de kadastrale registratie mede onderdelen omvatten van het geautomatiseerde systeem Hypotheken waardoor het mogelijk wordt in de kadastrale registratie een of meer soorten van gegevens omtrent hypotheken op te nemen als bedoeld in artikel 48, tweede lid, van de wet, vindt bijhouding plaats op grond van veranderingen als bedoeld in artikel XI van hoofdstuk II van de Invoeringswet Kadasterwet en vangt de bijhouding van die soorten van gegevens in de kadastrale registratie terstond aan.
3.
De wijze van bijhouding vindt, voorts, plaats in overeenstemming met de inhoud van het desbetreffende gereed gekomen onderdeel van het geautomatiseerde systeem Hypotheken dat aan de geautomatiseerde bestanden van de kadastrale registratie wordt toegevoegd, en met inachtneming van hetgeen bij of krachtens de wet daaromtrent is bepaald.