Einde inhoudsopgave
Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Defensie
Artikel 9 Loonaanvulling
Geldend
Geldend vanaf 24-11-2018. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2018
- Bronpublicatie:
08-11-2018, Stb. 2018, 430 (uitgifte: 23-11-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
24-11-2018, terugwerkend tot: 01-01-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-11-2018, Stb. 2018, 430 (uitgifte: 23-11-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Sociale zekerheid werkloosheid / Uitkeringshoogte
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Betrokkene, die aansluitend aan zijn ontslag een passende nieuwe betrekking aanvaardt, ontvangt op zijn aanvraag een loonaanvulling, indien het dagloon in de nieuwe betrekking minder bedraagt dan het dagloon dat voor hem zou gelden als hij werkloos zou zijn geworden.
2.
Betrokkene, wiens recht op uitkering geheel of gedeeltelijk wordt beëindigd wegens het aanvaarden van een passende nieuwe betrekking ontvangt op zijn aanvraag een loonaanvulling, indien het dagloon in de nieuwe betrekking minder bedraagt dan het voor hem geldende dagloon.
3
a.
De hoogte van de loonaanvulling is gelijk aan het verschil tussen enerzijds het dagloon in de nieuwe betrekking en anderzijds het voor hem geldende dagloon.
b.
Voor zover betrokkene gelijktijdig nog recht heeft op een WW-uitkering en of bovenwettelijke uitkering, is de hoogte van de loonaanvulling gelijk aan het verschil tussen enerzijds het dagloon in de nieuwe betrekking en de WW-uitkering en of bovenwettelijke uitkering tezamen en anderzijds het voor hem geldende dagloon.
4.
De loonaanvulling wordt proportioneel toegekend, indien de omvang van de nieuwe betrekking minder bedraagt dan de betrekking waaruit de betrokkene is ontslagen. Indien de omvang van de nieuwe betrekking groter is dan de omvang van de betrekking waaruit de betrokkene is ontslagen, bedraagt de hoogte van de loonaanvulling het feitelijk verschil in dagloon tussen het voor hem geldende dagloon en het dagloon uit de nieuwe betrekking.
5
a.
De duur van de loonaanvulling is gelijk aan de duur waarop recht op een WW, dan wel aansluitende uitkering bestaat of zou hebben bestaan indien betrokkene werkloos zou zijn gebleven of zou zijn geworden.
b.
In afwijking van onderdeel a. duurt de loonaanvulling voor de betrokkene, die onder toepassing van het Sociaal Beleidskader ontslagen wordt, tot de dag waarop hij de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt, indien hij direct voorafgaand aan zijn ontslag een diensttijd heeft van tenminste 10 jaar en de som van diensttijd plus leeftijd van betrokkene tenminste 65 jaar bedraagt.
6.
Indien betrokkene wegens ziekte, zwangerschap of bevalling, of wegens een omstandigheid die in redelijkheid voor rekening van de werkgever behoort te komen, verhinderd is zijn arbeid te verrichten, of zijn arbeid niet verricht wegens verlof, blijft het recht op loonaanvulling bestaan voor zolang hij recht heeft op loon, maar ten hoogste gedurende de periode bedoeld in het vijfde lid.
7.
De loonaanvulling eindigt met ingang van de dag, waarop betrokkene opnieuw werkloos wordt of niet meer voldoet aan de voorwaarde, bedoeld in het eerste dan wel tweede lid, of de duur van de uitkering is verstreken.
8.
Indien betrokkene na beëindiging van de betrekking als bedoeld in het eerste en tweede lid, een volgende passende betrekking aanvaardt, herleeft het recht op loonaanvulling voor de resterende duur daarvan.
9.
Dit artikel is mede van toepassing op degene aan wie op aanvraag ontslag wordt verleend op voorwaarde dat:
- a.
hij ten tijde van dat ontslag onder toepassing van het Sociaal Beleidskader tot een knelpuntcategorie behoort of herplaatsingskandidaat is;
- b.
artikel 53g van het Algemeen militair ambtenarenreglement van toepassing is.