Einde inhoudsopgave
Besluit voorkoming verontreiniging door schepen
Artikel 36 Bijhouden journaals
Geldend
Geldend vanaf 12-10-2011
- Bronpublicatie:
09-02-2010, Stb. 2010, 91 (uitgifte: 09-03-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
12-10-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-08-2011, Stb. 2011, 435 (uitgifte: 11-10-2011, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Natuurbeschermingsrecht / Gebiedsbescherming
Waterrecht (V)
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
De kapitein van een olietankschip van 150 GT of meer of van een schip geen olietankschip zijnde, van 400 GT of meer draagt er zorg voor dat aan boord het oliejournaal deel I, bedoeld in voorschrift 17 van Bijlage I van het Verdrag, wordt bijgehouden met inachtneming van hetgeen dienaangaande in die Bijlage is bepaald.
2.
De kapitein van een olietankschip van 150 GT of meer draagt er tevens zorg voor dat aan boord het oliejournaal deel II, bedoeld in voorschrift 36 van Bijlage I van het Verdrag, wordt bijgehouden met inachtneming van hetgeen dienaangaande in die Bijlage is bepaald.
3.
De kapitein van een schip bestemd of gebruikt voor het vervoer van schadelijke vloeistoffen in bulk of van een schip als bedoeld in artikel 5, derde lid, onderdeel b, draagt er zorg voor dat aan boord het ladingjournaal, bedoeld in voorschrift 15 van Bijlage II van het Verdrag, wordt bijgehouden met inachtneming van hetgeen dienaangaande in die Bijlage is bepaald.
4.
De kapitein van een schip dat zich in het Antarctisch gebied bevindt draagt er zorg voor dat elke lozing van sanitair afval in een sanitair-afvaljournaal dan wel in het vuilnisjournaal, bedoeld in voorschrift 9 van Bijlage V van het Verdrag, wordt bijgehouden met inachtneming van hetgeen dienaangaande met betrekking tot vuilnis in die Bijlage is bepaald.
5.
De kapitein:
- a.
van elk schip dat zich in het Antarctisch gebied bevindt, en
- b.
van elk schip dat zich buiten het Antarctisch gebied bevindt en een tonnage van 400 of meer heeft of waarmee 15 of meer personen mogen worden vervoerd,
draagt er zorg voor dat aan boord het vuilnisjournaal, bedoeld in voorschrift 9 van Bijlage V van het Verdrag, wordt bijgehouden met inachtneming van hetgeen dienaangaande in die Bijlage is bepaald.
6.
De kapitein van een schip dat verschillende soorten brandstofolie gebruikt teneinde te voldoen aan voorschrift 14 van Bijlage VI van het Verdrag draagt er zorg voor dat aan boord een journaal wordt bijgehouden met inachtneming van hetgeen dienaangaande in dat voorschrift is bepaald.
7.
De kapitein van een schip waarop voorschrift 6.1 van Bijlage VI van het Verdrag van toepassing is en dat invulbare systemen heeft die ozonlaag aantastende stoffen bevatten, draagt er zorg voor dat aan boord het journaal met betrekking tot ozonlaagaantastende stoffen, bedoeld in voorschrift 12 van bijlage VI van het Verdrag, wordt bijgehouden met inachtneming van hetgeen dienaangaande in dat voorschrift is bepaald.
8.
Onze Minister maakt aantekeningen in het ladingjournaal overeenkomstig de in Bijlage II van het Verdrag gegeven voorschriften.