Besluit tijdelijk huisverbod
Artikel 2 [Afweging burgemeester bij opleggen huisverbod]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2009
- Redactionele toelichting
Dit besluit treedt tegelijk in werking met de Wet tijdelijk huisverbod (09-10-2008, Stb. 421).
- Bronpublicatie:
20-10-2008, Stb. 2008, 422 (uitgifte: 04-11-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-11-2008, Stb. 2008, 484 (uitgifte: 01-01-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Bestuursrecht algemeen / Bestuursbevoegdheden
1.
Bij de afweging of een huisverbod wordt opgelegd, betrekt de burgemeester uitsluitend de in de bijlage bij dit besluit opgenomen feiten en omstandigheden.
2.
De in het eerste lid bedoelde feiten en omstandigheden hebben betrekking op:
- a.
de persoon ten aanzien van wie wordt overwogen een huisverbod op te leggen;
- b.
het verloop van het incident dat de aanleiding is te overwegen een huisverbod op te leggen; en
- c.
de leefomstandigheden van de persoon, bedoeld onder a, en degenen die met deze persoon in dezelfde woning wonen of daarin anders dan incidenteel verblijven.
3.
Onder de feiten en omstandigheden, bedoeld in het tweede lid, onder a, worden mede begrepen de politiegegevens met betrekking tot de persoon ten aanzien van wie wordt overwogen een huisverbod op te leggen, voor zover de burgemeester deze gegevens behoeft in het kader van de afweging, bedoeld in het eerste lid.