Einde inhoudsopgave
Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg
Artikel 10
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
10-07-2019, Stb. 2019, 288 (uitgifte: 04-09-2019, kamerstukken: 35087)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-11-2019, Stb. 2019, 437 (uitgifte: 29-11-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Klacht- en tuchtrecht
Gezondheidsrecht / Ordening en verzekering
1.
Iedere inschrijving, aantekening of doorhaling in een register geschiedt op grond van een daartoe strekkende gedagtekende beschikking.
2.
Onze Minister zendt een afschrift van een beschikking als bedoeld in het eerste lid aan de beheerder van het register van zorgaanbieders, bedoeld in artikel 14 van de Wet aanvullende bepalingen verwerking persoonsgegevens in de zorg en, indien de inschrijving, aantekening of doorhaling een arts, een psychotherapeut of een orthopedagoog-generalist betreft, de beheerder van de autorisatielijst van jeugdhulpaanbieders, bedoeld in artikel 7.2.7 van de Jeugdwet.