Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2015/848 betreffende insolventieprocedures
Artikel 57 Samenwerking en communicatie tussen rechters
Geldend
Geldend vanaf 16-01-2024
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 01-05-2025.
- Bronpublicatie:
13-12-2023, PbEU L 2023, 2023/2844 (uitgifte: 27-12-2023, regelingnummer: 2023/2844)
- Inwerkingtreding
16-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2023, PbEU L 2023, 2023/2844 (uitgifte: 27-12-2023, regelingnummer: 2023/2844)
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Europees insolventierecht
1.
Indien insolventieprocedures betrekking hebben op twee of meer leden van een groep ondernemingen werkt een rechter die een dergelijke procedure heeft geopend, samen met iedere andere rechter bij wie een aanvraag van een procedure met betrekking tot een ander lid van dezelfde groep aanhangig is of die een dergelijke procedure heeft geopend, voor zover deze samenwerking geschikt is om de doeltreffende uitvoering van de procedure te vergemakkelijken, niet onverenigbaar is met de op de procedures toepasselijke regels en geen belangenconflict veroorzaakt. De rechter kan daartoe zo nodig een onafhankelijke persoon of instantie aanwijzen die overeenkomstig zijn instructies handelt, voor zover dat niet onverenigbaar is met de op die persoon of instantie toepasselijke regels.
2.
Bij de uitvoering van de in lid 1 bedoelde samenwerking kunnen de in lid 1 bedoelde rechters of de personen of instanties die zijn aangewezen om namens hen te handelen, rechtstreeks onderling communiceren of elkaar rechtstreeks om gegevens of bijstand verzoeken, mits bij die communicatie de procedurele rechten van de partijen bij de procedure en de vertrouwelijkheid van de gegevens in acht worden genomen.
3.
De in lid 1 van dit artikel bedoelde samenwerking vindt plaats in overeenstemming met artikel 3 van Verordening (EU) 2023/2844.
- a)
coördinatie bij de aanwijzing van de insolventiefunctionarissen;
- b)
mededeling van gegevens met alle middelen die de rechter geschikt acht;
- c)
coördinatie van het beheer van en het toezicht op de goederen en de onderneming van de leden van de groep;
- d)
coördinatie van de hoorzittingen;
- e)
coördinatie van de goedkeuring van protocollen, indien nodig.