Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2009/81/EG coördinatie procedures plaatsen door aanbestedende diensten van bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied
Artikel 1 Definities
Geldend
Geldend vanaf 21-08-2009
- Bronpublicatie:
13-07-2009, PbEU 2009, L 216 (uitgifte: 20-08-2009, regelingnummer: 2009/81/EG)
- Inwerkingtreding
21-08-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-07-2009, PbEU 2009, L 216 (uitgifte: 20-08-2009, regelingnummer: 2009/81/EG)
- Vakgebied(en)
Aanbestedingsrecht / Speciale sectoren
Aanbestedingsrecht / Algemeen
Voor de toepassing van deze richtlijn wordt verstaan onder:
- 1.
‘Gemeenschappelijke Woordenlijst Overheidsopdrachten’ (Common Procurement Vocabulary, CPV): de op door aanbestedende diensten gegunde opdrachten toepasselijke referentienomenclatuur als vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 2195/2002;
- 2.
‘opdracht’: een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel als bedoeld in artikel 1, lid 2, onder a), van Richtlijn 2004/17/EG en artikel 1, lid 2, onder a), van Richtlijn 2004/18/EG;
- 3.
‘opdracht voor werken’: een opdracht die betrekking heeft op hetzij de uitvoering, hetzij zowel het ontwerp als de uitvoering van een werk in het kader van een van de in afdeling 45 van de CPV vermelde werkzaamheden of van een werk, dan wel het laten uitvoeren met welke middelen dan ook van een werk dat aan de door de aanbestedende dienst vastgestelde eisen voldoet. Een ‘werk’ is het product van bouw- of civieltechnische werken dat ertoe bestemd is als zodanig een economische of technische functie te vervullen;
- 4.
‘opdracht voor leveringen’: een andere opdracht dan een opdracht voor werken die betrekking heeft op de aankoop, leasing, huur of huurkoop, met of zonder koopoptie, van producten.
Een opdracht die betrekking heeft op de levering van producten en in bijkomende orde op de werkzaamheden voor het aanbrengen en installeren, wordt als een ‘opdracht voor leveringen’ beschouwd;
- 5.
‘opdracht voor diensten’: een andere opdracht dan een opdracht voor werken of leveringen die betrekking heeft op het verrichten van diensten.
Een opdracht die zowel op producten als op diensten betrekking heeft, wordt als een ‘opdracht voor diensten’ beschouwd indien de waarde van de desbetreffende diensten hoger is dan die van de in de opdracht opgenomen producten.
Een opdracht die op diensten betrekking heeft en slechts in bijkomende orde ten opzichte van het hoofdvoorwerp van de opdracht in afdeling 45 van de CPV vermelde werkzaamheden omvat, wordt als een opdracht voor diensten beschouwd;
- 6.
‘militair materiaal’: materiaal dat specifiek is ontworpen voor of aangepast aan militaire doeleinden en dat bedoeld is voor gebruik als wapen, munitie of oorlogsmateriaal;
- 7.
‘gevoelig materiaal’, ‘gevoelige werken’ en ‘gevoelige diensten’: materiaal, werken en diensten voor veiligheidsdoeleinden die betrekking hebben op gerubriceerde gegevens of die gerubriceerde gegevens noodzakelijk maken en/of bevatten;
- 8.
‘gerubriceerde gegevens’: gegevens of materiaal, ongeacht de vorm, aard of transmissiemethode ervan, waaraan een bepaald niveau van veiligheidsclassificatie of een beveiligingsniveau is toegekend en die in het belang van de nationale veiligheid en overeenkomstig de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen die in de lidstaat in kwestie gelden, bescherming vereisen tegen ontvreemding, vernietiging, verwijdering, onthulling, verlies of toegang ertoe door een onbevoegd persoon, of tegen enige andere vorm van compromittering;
- 9.
‘regering’: de nationale, regionale of lokale overheid van een lidstaat of een derde land;
- 10.
‘crisissituatie’: een situatie in een lidstaat of een derde land waarbij zich schadelijke gebeurtenissen voordoen die de omvang van schadelijke gebeurtenissen van het dagelijks leven duidelijk overstijgen en een ernstige bedreiging of belemmering vormt voor het leven en de gezondheid van mensen, of substantiële gevolgen heeft voor de materiële goederen van grote waarde, dan wel maatregelen vereist om de bevolking van de eerste levensbehoeften te voorzien; er is tevens sprake van een crisissituatie wanneer een dergelijke schadelijke gebeurtenis geacht wordt in de zeer nabije toekomst plaats te zullen vinden; gewapende conflicten en oorlogen worden geacht crisissituaties te zijn voor de toepassing van deze richtlijn;
- 11.
‘raamovereenkomst’: een overeenkomst tussen een of meer aanbestedende diensten en een of meer ondernemers met het doel gedurende een bepaalde periode de voorwaarden inzake te plaatsen opdrachten vast te leggen, met name wat betreft de prijs en, in voorkomend geval, de beoogde hoeveelheid;
- 12.
‘elektronische veiling’: een zich herhalend proces met elektronische middelen voor de presentatie van nieuwe, verlaagde prijzen, en/of van nieuwe waarden voor bepaalde elementen van de inschrijvingen, dat plaatsvindt na de eerste volledige beoordeling van de inschrijvingen en dat hun rangschikking op basis van elektronische verwerking mogelijk maakt.
Dit proces mag derhalve niet worden aangewend voor de aanbesteding van bepaalde werken of diensten voor intellectuele prestaties, zoals het ontwerpen van werken;
- 13.
‘aannemer’, ‘leverancier’ en ‘dienstverlener’: elke natuurlijke of rechtspersoon of elk openbaar lichaam of elke combinatie van deze personen en/of lichamen die respectievelijk de uitvoering van werken en/of werkzaamheden, producten of diensten op de markt aanbiedt;
- 14.
‘ondernemer’: een aannemer, leverancier of dienstverlener. De term wordt louter ter vereenvoudiging van de tekst gebruikt;
- 15.
‘gegadigde’: een ondernemer die heeft verzocht om een uitnodiging tot deelneming aan een niet-openbare procedure, een procedure van gunning door onderhandelingen of een concurrentiegerichte dialoog;
- 16.
‘inschrijver’: een ondernemer die een inschrijving heeft ingediend in het kader van een niet-openbare procedure, een procedure van gunning door onderhandelingen of een concurrentiegerichte dialoog;
- 17.
‘aanbestedende dienst’: een aanbestedende dienst als bedoeld in artikel 1, lid 9, van Richtlijn 2004/18/EG en een aanbestedende dienst als bedoeld in artikel 2 van Richtlijn 2004/17/EG;
- 18.
‘aankoopcentrale’: een aanbestedende dienst als bedoeld in artikel 1, lid 9, van Richtlijn 2004/18/EG en in artikel 2, lid 1, onder a), van Richtlijn 2004/17/EG of een Europese openbare instantie die:
- —
leveringen en/of diensten verwerft welke bestemd zijn voor een aanbestedende dienst, of
- —
een opdracht gunt of een raamovereenkomst sluit met betrekking tot voor een aanbestedende dienst bestemde werken, leveringen of diensten;
- 19.
‘niet-openbare procedure’: een procedure waaraan alle ondernemers mogen verzoeken deel te nemen, maar waarbij alleen de door de aanbestedende diensten aangezochte ondernemers mogen inschrijven;
- 20.
‘procedure van gunning door onderhandelingen’: een procedure waarbij de aanbestedende dienst met de door hem gekozen ondernemers overleg pleegt en door onderhandelingen met één of meer van hen de contractuele voorwaarden vaststelt;
- 21.
‘concurrentiegerichte dialoog’: een procedure waaraan alle ondernemers mogen verzoeken deel te nemen en waarbij de aanbestedende dienst een dialoog voert met de tot de procedure toegelaten gegadigden, teneinde een of meer oplossingen te zoeken die aan de behoeften van de aanbestedende dienst beantwoorden en op grond waarvan de geselecteerde gegadigden zullen worden uitgenodigd om in te schrijven.
Voor de in de eerste alinea bedoelde procedure wordt een opdracht als ‘bijzonder complex’ aangemerkt als de aanbestedende dienst objectief gezien niet in staat is:
- —
overeenkomstig artikel 18, lid 3, onder b), c) of d), de technische middelen te bepalen waarmee aan zijn behoeften of doel tegemoet kan worden gekomen, en/of
- —
de juridische en/of financiële voorwaarden van een project te specificeren;
- 22.
‘opdracht in onderaanneming’: schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel tussen een geselecteerde inschrijver en één of meer ondernemers ten behoeve van de uitvoering van die opdracht en die betrekking heeft op werken, leveringen van producten of de verrichting van diensten;
- 23.
‘verbonden onderneming’: elke onderneming waarop de geselecteerde inschrijver direct of indirect een overheersende invloed kan uitoefenen, of elke onderneming die een overheersende invloed kan uitoefenen op de geselecteerde inschrijver of die, als de geselecteerde inschrijver, onderworpen is aan de overheersende invloed van een andere onderneming ingevolge eigendom, financiële deelneming of op haar van toepassing zijnde voorschriften. Het vermoeden van overheersende invloed bestaat wanneer een onderneming, direct of indirect, ten opzichte van een andere onderneming:
- —
de meerderheid van het geplaatste kapitaal van de onderneming aanhoudt, of
- —
beschikt over de meerderheid van de stemmen die verbonden zijn aan de door de onderneming uitgegeven aandelen, of
- —
gerechtigd is meer dan de helft van de leden van het bestuursorgaan, het leidinggevend of het toezichthoudend orgaan van de onderneming te benoemen;
- 24.
‘schriftelijk’: elk uit woorden of cijfers bestaand geheel dat kan worden gelezen, gereproduceerd en vervolgens medegedeeld. Dit geheel kan met elektronische middelen overgebrachte of opgeslagen informatie bevatten;
- 25.
‘elektronisch middel’: een middel waarbij gebruik wordt gemaakt van elektronische apparatuur voor gegevensverwerking (met inbegrip van digitale compressie) en gegevensopslag, alsmede van verspreiding, overbrenging en ontvangst door middel van draden, straalverbindingen, optische middelen of andere elektromagnetische middelen;
- 26.
‘levenscyclus’: alle mogelijke opeenvolgende fasen van een product, d.w.z. onderzoek en ontwikkeling, industriële ontwikkeling, productie, reparatie, modernisering, aanpassing, onderhoud, logistiek, opleiding, testen, buiten gebruik stellen en afstoting;
- 27.
‘onderzoek en ontwikkeling’: alle activiteiten die fundamenteel onderzoek, toegepast onderzoek en experimentele ontwikkeling inhouden, waarbij de laatste de realisatie kan omvatten van technologische demonstratiemodellen, d.w.z. middelen om de prestaties te tonen van een nieuw concept of een nieuwe technologie in een relevante of representatieve omgeving;
- 28.
‘civiele aankopen’: opdrachten die niet onder artikel 2 vallen, die betrekking hebben op een aanbesteding van niet-militaire producten, werken of diensten voor logistieke doeleinden en die gesloten worden met inachtneming van de in artikel 17 gespecificeerde voorwaarden.