Einde inhoudsopgave
Regeling voertuigen
Artikel 8.4.77 [Definities]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
21-11-2019, Stcrt. 2019, 63953 (uitgifte: 22-11-2019, regelingnummer: IENW/BSK-2019/202498)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-11-2019, Stcrt. 2019, 63953 (uitgifte: 22-11-2019, regelingnummer: IENW/BSK-2019/202498)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Vervoersrecht / Bijzondere onderwerpen
In deze paragraaf wordt verstaan onder:
automatische controle-inrichting: controle-inrichting die functioneert zonder tussenkomst van de gebruiker;
automatische justeerinrichting: voorziening die de justering van het instrument volgens het programma uitvoert, zonder dat de gebruiker invloed heeft op het starten van deze justering of de grootte ervan;
controle-inrichting: voorziening, ingebouwd in een instrument, die het mogelijk maakt om significante fouten vast te stellen en daarop te reageren. Onder ‘reageren op’ wordt hier elke duidelijke reactie van het instrument verstaan, zoals een waarschuwingslamp, een geluidssignaal of het afbreken van de meting;
deeltje: vast deeltje met mobility diameter tussen 23 and 200 nm;
deeltjesteller: meetmiddel voor het bepalen van het aantal deeltjes per volume (concentratie);
(elektrische) mobility diameter: diameter van een deeltje indien gemeten in een elektrisch veld (deeltjesgrootte);
filter: voorziening die bepaalde bestanddelen uit het uitlaatgasmonster verwijdert;
gasbehandelingssysteem: alle delen van het instrument, van de sonde tot de afvoer van de gasmonsters, waardoor het monster van het uitlaatgas wordt gepompt;
HEPA filter: voorziening die deeltjes uit de lucht verwijdert (HEPA staat voor High Efficiency Particulate Air);
interne justeerinrichting: voorziening om het instrument af te regelen op een vastgestelde waarde zonder gebruik te maken van een referentie PN-monster;
justeerinrichting met referentie PN-monster: voorziening om het instrument af te regelen op de waarde van een referentie PN-monster;
nulstelinrichting: voorziening om de aanwijzing van het instrument op nul in te stellen;
opwarmtijd: tijd die verstrijkt tussen het moment dat het instrument onder spanning wordt gebracht en het moment waarop het instrument kan voldoen aan de metrologische eisen;
PN-monster: gasmengsel bestaande uit deeltjes met bepaalde mobility diameters;
referentie PN-monster: gasmengsel van voldoende stabiliteit en bekende samenstelling;
referentie-omstandigheden: gebruiksomstandigheden, voorgeschreven voor het onderzoek naar de prestaties van een instrument, of voor de vergelijking van meetresultaten;
responsietijd: tijdsinterval tussen het moment waarop het instrument wordt onderworpen aan een voorgeschreven plotselinge verandering in de samenstelling van een PN-monster en het moment dat de aanwijzing binnen voorgeschreven grenzen overeenkomt met de uiteindelijke stabiele waarde;
semi-automatische justeerinrichting: voorziening die de gebruiker in staat stelt een justering van het instrument te starten zonder daarbij de mogelijkheid te hebben de grootte van de justering te beïnvloeden, ongeacht of de justering automatisch wordt vereist. Bij die instrumenten waarbij de waarden van het referentie PN-monster met de hand in het instrument moeten worden ingevoerd, wordt deze voorziening geacht semi-automatisch te zijn;
sonde: deel van het gasbehandelingssysteem dat in de uitlaat van een voertuig wordt geschoven voor het nemen van gasmonsters.