Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 1829/2003 inzake genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders
Bijlage Bevoegdheden en taken van het communautaire referentielaboratorium
Geldend
Geldend vanaf 12-01-2007
- Bronpublicatie:
22-12-2006, PbEU 2006, L 368 (uitgifte: 23-12-2006, regelingnummer: 1981/2006)
- Inwerkingtreding
12-01-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-2006, PbEU 2006, L 368 (uitgifte: 23-12-2006, regelingnummer: 1981/2006)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
- 1.
Het in artikel 32 bedoelde communautaire referentielaboratorium is het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek van de Commissie.
- 2.
Voor de in deze bijlage genoemde bevoegdheden en taken wordt het communautaire referentielaboratorium bijgestaan door de in artikel 32 bedoelde nationale referentielaboratoria, die bijgevolg moeten worden beschouwd als de leden van het consortium, "Europees netwerk van GGO-laboratoria" genoemd.
- 3.
Het communautaire referentielaboratorium is met name verantwoordelijk voor:
- a)
de ontvangst, voorbereiding, bewaring, instandhouding en verspreiding onder de leden van het Europees Netwerk van GGO-laboratoria van de positieve en negatieve controlemonsters, mits door deze leden de garantie wordt gegeven dat zij in voorkomend geval de vertrouwelijke aard van de ontvangen gegevens respecteren;
- b)
onverminderd de verantwoordelijkheden van de communautaire referentielaboratoria, als vastgesteld in artikel 32 van Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad (*), verspreiding onder de nationale referentielaboratoria in de zin van artikel 33 van die verordening van de positieve en negatieve controlemonsters, mits door deze laboratoria de garantie wordt gegeven dat zij in voorkomend geval de vertrouwelijke aard van de ontvangen gegevens respecteren;
- c)
de evaluatie van de gegevens die door de aanvrager van de vergunning voor het in de handel brengen van het levensmiddel of diervoeder zijn verstrekt met het oog op het testen en valideren van de bemonsterings- en detectiemethode;
- d)
het testen en valideren van de methode voor de detectie, met inbegrip van de bemonstering, en de identificatie van de "transformation event" en, indien van toepassing, voor de detectie en identificatie van de "transformation event" in het levensmiddel of diervoeder;
- e)
het indienen van uitvoerige evaluatieverslagen bij de Autoriteit.
- 4.
Het communautaire referentielaboratorium speelt een rol bij de regeling van geschillen in verband met de resultaten van de in deze bijlage genoemde taken, onverminderd de verantwoordelijkheden van de communautaire referentielaboratoria, als vastgesteld in artikel 32 van Verordening (EG) nr. 882/2004.
Voetnoten
PB L 165 van 30.4.2004, blz. 1; gerectificeerd in PB L 191 van 28.5.2004, blz. 1.