Einde inhoudsopgave
Procesregeling bestuursrechterlijke colleges 2014
Artikel 4a Digitaal procederen Afdeling bestuursrechtspraak
Geldend
Geldend vanaf 09-01-2021. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2021
- Bronpublicatie:
16-12-2020, Stcrt. 2021, 582 (uitgifte: 08-01-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
09-01-2021, terugwerkend tot: 01-01-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-12-2020, Stcrt. 2021, 582 (uitgifte: 08-01-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Centrale Raad van Beroep
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
1.
In alle zaken waarin artikel 8:36a van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is, kan digitaal procederen door natuurlijke personen plaatsvinden door middel van het ‘Digitaal Loket’ dat is opengesteld op www.raadvanstate.nl . Als inlogmiddel is alleen DigiD dan wel een ander Europees inlogmiddel toegelaten.
2.
De in het eerste lid bedoelde mogelijkheid staat niet open voor advocaten, bedrijven en bestuursorganen.
3.
In aanvulling op de in het eerste lid bedoelde mogelijkheid kan in asielzaken en bewaringszaken als bedoeld in de Vreemdelingenwet 2000 digitaal procederen plaatsvinden door advocaten die natuurlijke personen vertegenwoordigen, door middel van het webportaal dat beschikbaar is via ‘Mijn Zaak’. Als inlogmiddel is alleen het inlogmiddel Advocatenpas toegelaten.
4.
Het Procesreglement bestuursrecht 2017 is van overeenkomstige toepassing.