Einde inhoudsopgave
Verrekenprijsbesluit 2022
4 Secondary adjustments (par. 4.68 – 4.78)
Geldend
Geldend vanaf 02-07-2022
- Bronpublicatie:
14-06-2022, Stcrt. 2022, 16685 (uitgifte: 01-07-2022, regelingnummer: 2022-0000139020)
- Inwerkingtreding
02-07-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-06-2022, Stcrt. 2022, 16685 (uitgifte: 01-07-2022, regelingnummer: 2022-0000139020)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Bronbelasting (V)
Par. 4.68 tot en met 4.78 behandelt de gevolgen van secondary transactions. In veel landen blijft het aanbrengen van een verrekenprijscorrectie niet beperkt tot een correctie op de winst maar is tevens vereist dat door het aanbrengen van een secondary transaction uit de administratie blijkt hoe de correctie in de winst- en verliesrekening en de balans van belastingplichtige is verwerkt. Een secondary transaction kan bijvoorbeeld een verrekening in rekening courant, een uitdeling van winst, of een informele kapitaalstorting zijn. Vanuit de Nederlandse optiek is in principe verwerking van de verrekenprijscorrectie door middel van een secondary transaction noodzakelijk.1. Uit een secondary transaction kan een secondary adjustment voortvloeien, bijvoorbeeld het in aanmerking nemen van rente over de ontstane vordering of het naheffen van dividendbelasting over een uitdeling van de winst.
Niet alle landen gaan van eenzelfde systeem uit. Dit kan ertoe leiden dat de andere betrokken staat niet bereid is om bijvoorbeeld de als secondary adjustment nageheven dividendbelasting te verrekenen, omdat de fictieve dividenduitkering niet wordt erkend. Indien de belastingplichtige aannemelijk maakt dat in de andere betrokken staat de dividendbelasting (als zijnde de secondary adjustment) niet kan worden verrekend en er geen sprake is van misbruik dat is gericht op het ontgaan van dividendbelasting, wordt de secondary adjustment achterwege gelaten.
De heffing van dividendbelasting als secondary adjustment wordt niet achterwege gelaten, indien de andere betrokken staat in het jaar waarin de secondary adjustment wordt aangebracht is aangewezen in de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden.2.
Voetnoten
Dit kan anders uitwerken indien artikel 8ba e.v. Wet Vpb 1969 van toepassing zijn.
Regeling van de Staatssecretaris van Financiën van 31 december 2018 tot aanwijzing van laagbelastende staten en staten die zijn opgenomen op de EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden (Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden)