Wet betreffende de positie van Molukkers
Artikel 8
Geldend
Geldend vanaf 20-12-1991
- Bronpublicatie:
04-12-1991, Stb. 1991, 672 (uitgifte: 01-01-1991, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 20524 Overheid.nl: 20524)
- Inwerkingtreding
20-12-1991
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-12-1991, Stb. 1991, 672 (uitgifte: 01-01-1991, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 20524Overheid.nl: 20524)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Ministerie van Buitenlandse Zaken
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
1.
De niet-Nederlandse vrouw of man die sedert ten minste drie jaren de echtgenoot is van een persoon als bedoeld in artikel 1 of 2, verkrijgt, indien zij of hij de behandeling als Nederlander niet reeds uit eigen hoofde bezit, die behandeling door haar of zijn wil daartoe te kennen te geven aan een autoriteit als bedoeld in artikel 21 van de Rijkswet op het Nederlanderschap.
2.
De niet-Nederlandse vrouw of man, die de echtgenote of echtgenoot is van een persoon aan wie de behandeling als Nederlander wordt verleend krachtens artikel 3 verkrijgt, indien zij of hij de behandeling als Nederlander niet reeds uit eigen hoofde bezit, die behandeling door haar of zijn wil daartoe te kennen te geven aan de burgemeester van haar of zijn woonplaats.