Einde inhoudsopgave
Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten
Artikel 7a De berekening van het maatmaninkomen bij inkomsten en verdiensten in de vorm van loon
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2013. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2013
- Bronpublicatie:
19-06-2013, Stb. 2013, 238 (uitgifte: 28-06-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2013, terugwerkend tot: 01-01-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-06-2013, Stb. 2013, 238 (uitgifte: 28-06-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid arbeidsongeschiktheid / Mate van arbeidsongeschiktheid
1.
Het maatmaninkomen, bedoeld in artikel 6, eerste en derde lid, artikel 19aa, vijfde lid, van de ZW en artikel 1 van de Wet WIA, wordt vastgesteld door het loon, bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdelen a en b, dat de verzekerde of de jonggehandicapte met de maatgevende arbeid in het refertejaar heeft verdiend te delen door het aantal uren van die maatgevende arbeid in het refertejaar, waarbij het loon geacht wordt te zijn genoten in het aangiftetijdvak waarover de werkgever of de inhoudingsplichtige van dat loon opgave heeft gedaan.
2.
Bij de toepassing van het eerste lid worden het loon verdiend met maatgevende arbeid en het aantal uren van de maatgevende arbeid in volledige aangiftetijdvakken in aanmerking genomenen worden daarbij de aangiftetijdvakken buiten beschouwing gelaten waarin geen sprake is van maatgevende arbeid van de verzekerde of de jonggehandicapte of waarin sprake is van arbeid in een urenomvang die niet maatgevend is.
3.
Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen stelt een andere periode van maximaal één jaar vast waarover het inkomen en het aantal uren van de maatgevende arbeid in aanmerking worden genomen, indien in het refertejaar geen sprake is van maatgevende arbeid of van arbeid van een urenomvang die maatgevend is.
4.
Indien de verzekerde of de jonggehandicapte feitelijk geen inkomen heeft verdiend met maatgevende arbeid of arbeid van een urenomvang die maatgevend is, neemt het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen het inkomen in aanmerking, dat de verzekerde of de jonggehandicapte zou hebben verdiend, indien hij de maatgevende arbeid of arbeid in de urenomvang die maatgevend is, zou hebben verricht, alsmede het aantal uren van die arbeid.
5.
Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen kan loon in aanmerking nemen, waarvan geen opgave is gedaan in de aangiftetijdvakken in het refertejaar, indien de verzekerde aantoont, dat hij daarop wel recht had in die aangiftetijdvakken.