Einde inhoudsopgave
Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940–1945
Artikel 41
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1998
- Bronpublicatie:
17-12-1997, Stb. 1997, 660 (uitgifte: 01-01-1997, kamerstukken: 25407)
- Inwerkingtreding
01-01-1998
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-12-1997, Stb. 1997, 746 (uitgifte: 01-01-1997, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid ouderen / Bijzondere onderwerpen
1.
De periodieke uitkering alsmede de garantie-uitkering, bedoeld in artikel 8, wordt beëindigd:
- a.
bij het overlijden van de uitkeringsgerechtigde die een echtgenoot of minderjarige kinderen achterlaat: met ingang van de eerste dag van de derde maand volgend op die, waarin het overlijden heeft plaatsgevonden;
- b.
bij het overlijden van de uitkeringsgerechtigde die geen echtgenoot of minderjarige kinderen achterlaat: met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die, waarin het overlijden heeft plaatsgevonden;
- c.
bij huwelijk, daaronder mede begrepen de in artikel 2a, tweede lid, onder b, bedoelde situatie, van de weduwe of de weduwnaar, die niet als burger-oorlogsslachtoffer recht heeft op een uitkering ingevolge deze wet, met ingang van de eerste dag van de maand, volgend op die, waarin daarvan sprake is;
- d.
bij het bereiken van de leeftijd van 21 jaar, tenzij artikel 15, derde lid, onder b, van toepassing is, of bij het aangaan van een huwelijk door de volle wees vóór het bereiken van die leeftijd, daaronder mede begrepen de in artikel 2a, tweede lid, onder b, bedoelde situatie, met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die, waarin de volle wees de leeftijd van 21 jaar bereikt heeft, onderscheidenlijk het huwelijk heeft plaatsgehad.
2.
De toeslag, de vergoeding en tegemoetkoming worden beëindigd bij het overlijden van het burger-oorlogsslachtoffer met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die waarin het overlijden heeft plaatsgevonden.
3.
De uitkering die op grond van artikel 41, eerste lid onder c, werd beëindigd, wordt opnieuw verleend indien het huwelijk is ontbonden of het aangaan van een andere vorm van duurzaam samenleven is beëindigd. In dat geval gaat de uitkering in op de eerste dag van de maand waarin de hernieuwde aanvraag is ingediend.