Einde inhoudsopgave
Gedelegeerde verordening (EU) 2015/35 tot aanvulling van Richtlijn 2009/138/EG betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II)
Artikel 260 Risicomanagementgebieden
Geldend
Geldend vanaf 22-08-2021
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 02-08-2022.
- Bronpublicatie:
21-04-2021, PbEU 2021, L 277 (uitgifte: 02-08-2021, regelingnummer: 2021/1256)
- Inwerkingtreding
22-08-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-04-2021, PbEU 2021, L 277 (uitgifte: 02-08-2021, regelingnummer: 2021/1256)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Verzekeringsrecht / Algemeen
1.
De in artikel 44, lid 2, van Richtlijn 2009/138/EG bedoelde gebieden omvatten alle volgende gedragslijnen:
- (a)
aangaan van verzekeringstechnische verplichtingen en reservevorming:
- i)
door de verzekerings- of herverzekeringsonderneming te nemen maatregelen om het risico op verlies of op een ongunstige verandering in de waarde van verzekerings- en herverzekeringsverplichtingen door ondeugdelijke aannamen voor de prijsstelling en de voorzieningen als gevolg van interne of externe factoren, met inbegrip van duurzaamheidsrisico’s, in te schatten en te beheren;
- ii)
de toereikendheid en kwaliteit van de relevante gegevens die bij het proces van het aangaan van verzekeringstechnische verplichtingen en reservevorming in aanmerking moeten worden genomen, als beschreven in artikel 19 van de onderhavige verordening, en de consistentie ervan met de toereikendheids- en kwaliteitsnormen;
- iii)
de deugdelijkheid van schaderegelingsprocedures, inclusief de mate waarin zij de gehele schaderegelingscyclus bestrijken;
- (b)
afgestemd beheer van activa en passiva (asset-liability management — ALM):
- i)
de structurele mismatch tussen activa en passiva, en met name de looptijdmismatch tussen deze activa en passiva;
- ii)
enigerlei afhankelijkheid tussen de risico's verbonden aan verschillende categorieën activa en passiva;
- iii)
enigerlei afhankelijkheid tussen de risico's verbonden aan verschillende verzekerings- of herverzekeringsverplichtingen;
- iv)
enigerlei buitenbalansblootstellingen van de onderneming;
- v)
het effect van dienstige risicolimiteringstechnieken op het afgestemde beheer van activa en passiva;
- (c)
beheer van het beleggingsrisico:
- i)
door de verzekerings- of herverzekeringsonderneming te nemen maatregelen om ervoor te zorgen dat de beleggingen van de onderneming stroken met het in artikel 132 van Richtlijn 2009/138/EG omschreven ‘prudent person’-beginsel;
- ii)
door de verzekerings- of herverzekeringsonderneming te nemen maatregelen om ervoor te zorgen dat bij de beleggingen van de onderneming rekening wordt gehouden met de aard van het bedrijf van de onderneming, de goedgekeurde risicotolerantielimieten, de solvabiliteitspositie en de risicoblootstelling op lange termijn van de onderneming;
- iii)
de eigen interne inschatting door de verzekering- of herverzekeringsonderneming van het kredietrisico verbonden aan de tegenpartijen van de beleggingen, ook wanneer de tegenpartijen centrale overheden zijn;
- iv)
ingeval de verzekerings- of herverzekeringsonderneming van afgeleide instrumenten of enigerlei andere financiële instrumenten met vergelijkbare kenmerken of gevolgen gebruikmaakt, de doelstellingen van en de strategie die ten grondslag ligt aan het gebruik ervan, de wijze waarop zij een efficiënt portefeuillebeheer faciliteren of tot een vermindering van de risico's bijdragen, alsook de procedures om het aan dergelijke instrumenten verbonden risico in te schatten en de daarop toe te passen risicomanagementbeginselen;
- v)
ingeval zulks passend is met het oog op een doeltreffend risicomanagement, interne kwantitatieve grenzen voor activa en blootstellingen, met inbegrip van buitenbalansblootstellingen;
- vi)
door de verzekerings- of herverzekeringsonderneming te nemen maatregelen om ervoor te zorgen dat duurzaamheidsrisico’s in verband met de beleggingsportefeuille correct worden geïdentificeerd, ingeschat en beheerd;
- (d)
beheer van het liquiditeitsrisico:
- i)
door de verzekerings- of herverzekeringsonderneming te nemen maatregelen om met het liquiditeitsrisico op zowel korte als lange termijn rekening te houden;
- ii)
de geschiktheid van de samenstelling van de activa qua aard, looptijd en liquiditeit om aan de verplichtingen van de onderneming te voldoen wanneer deze opeisbaar zijn;
- iii)
een plan om met veranderingen in verwachte instromen en uitstromen van kasmiddelen om te gaan;
- (e)
beheer van het concentratierisico: door de verzekerings- of herverzekeringsonderneming te nemen maatregelen om relevante bronnen van concentratierisico te onderkennen teneinde ervoor te zorgen dat risicoconcentraties binnen vastgestelde grenzen blijven, en maatregelen om mogelijke besmettingsrisico's tussen geconcentreerde blootstellingen te analyseren;
- (f)
beheer van het operationele risico: door de verzekerings- of herverzekeringsonderneming te nemen maatregelen voor het toewijzen van duidelijke verantwoordelijkheden voor de regelmatige signalering, documentering en bewaking van relevante blootstellingen aan operationeel risico;
- (g)
herverzekerings- en andere risicolimiteringstechnieken:
- i)
door de verzekerings- of herverzekeringsonderneming te nemen maatregelen om te garanderen dat voor passende herverzekerings- en andere risicolimiteringstechnieken wordt gekozen;
- ii)
door de verzekerings- of herverzekeringsonderneming te nemen maatregelen om na te gaan welke soorten risicolimiteringstechnieken geschikt zijn in het licht van de aard van de aangegane risico's, en in hoeverre de onderneming in staat is om de aan deze technieken verbonden risico's te beheren en te beheersen;
- iii)
eigen inschatting door de verzekering- of herverzekeringsonderneming van het kredietrisico verbonden aan de risicolimiteringstechnieken;
- (h)
uitgestelde belastingen:
- i)
maatregelen met betrekking tot de selectie door de verzekerings- of herverzekeringsonderneming van methoden en aannames om het bedrag en de realiseerbaarheid van het verliescompensatievermogen van uitgestelde belastingen aan te tonen;
- ii)
betrokkenheid van de betrokken sleutelfuncties bij de selectie en beoordeling van methoden en aannames om het bedrag en de invorderbaarheid van het verliescompensatievermogen van uitgestelde belastingen aan te tonen, de vraag hoe de uitkomst van die beoordeling aan het bestuurlijk, beleidsbepalend of toezichthoudend orgaan wordt gerapporteerd, met inbegrip van de beoordeling van de onderliggende aannames die worden toegepast voor de projectie van toekomstige belastbare winst voor de toepassing van de artikelen 15 en 207, en een toelichting bij mogelijke bezwaren over die aannames, die voor elk geval door de actuariële functie of door de risicomanagementfunctie worden uitgevoerd;
- iii)
de risico's waaraan de verzekerings- of herverzekeringsonderneming blootstaat of zou kunnen blootstaan, rekening houdende met potentiële toekomstige veranderingen in haar risicoprofiel die het gevolg zijn van haar bedrijfsstrategie of van het economische en financiële klimaat, met inbegrip van operationele risico's en mogelijke veranderingen in haar verliescompensatievermogen van uitgestelde belastingen. In die beoordeling wordt ook gekeken naar de algehele afhankelijkheid van de solvabiliteit en de financiële toestand van uitgestelde belastingen en de coherentie ervan met het risicomanagementsbeleid.
1 bis.
De verzekerings- en herverzekeringsondernemingen integreren duurzaamheidsrisico’s in hun in lid 1, onder a) en c), genoemde gedragslijnen en, in voorkomend geval, in gedragslijnen voor de overige in lid 1 genoemde gebieden.
2.
De in toekomstige premies vervatte verwachte winst wordt berekend als het verschil tussen de technische voorzieningen zonder een risicomarge zoals berekend overeenkomstig artikel 77 van die richtlijn, en een berekening van de technische voorzieningen zonder een risicomarge op basis van de veronderstelling dat de premies die met bestaande verzekerings- en herverzekeringsovereenkomsten verband houden en die naar verwachting in de toekomst zullen worden ontvangen, niet worden ontvangen om een andere reden dan dat de verzekerde gebeurtenis zich heeft voorgedaan, ongeacht de wettelijke of contractuele rechten van de verzekeringnemer om de verzekeringsovereenkomst stop te zetten.
3.
De berekening van de in toekomstige premies vervatte verwachte winst vindt afzonderlijk plaats voor de homogene risicogroepen die bij de berekening van de technische voorzieningen worden gehanteerd, op voorwaarde dat ook de verzekerings- en herverzekeringsverplichtingen homogeen zijn wat de in toekomstige premies vervatte verwachte winst betreft.
4.
Alleen binnen een homogene risicogroep mogen verliesgevende verzekeringsovereenkomsten met winstgevende verzekeringsovereenkomsten worden gecompenseerd.