Einde inhoudsopgave
Derde Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag betreffende uitlevering
Artikel 2 Instelling van de procedure
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2012
- Bronpublicatie:
10-11-2010, Trb. 2011, 200 (uitgifte: 19-10-2011, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-05-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-08-2012, Trb. 2012, 138 (uitgifte: 10-08-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Uitlevering en overlevering
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
1.
Indien overeenkomstig artikel 16 van het Verdrag om de voorlopige aanhouding van de gezochte persoon is verzocht, is de uitlevering bedoeld in artikel 1 van dit Protocol niet afhankelijk van het indienen van een verzoek om uitlevering en het overleggen van de vereiste documenten overeenkomstig artikel 12 van het Verdrag. Voor de toepassing van de artikelen 3 tot en met 5 van dit Protocol en voor het nemen van de definitieve beslissing inzake de uitlevering volgens de verkorte procedure worden door de aangezochte partij de volgende, door de verzoekende partij verschafte gegevens toereikend geacht:
- a.
de identiteit van de gezochte persoon, met inbegrip van zijn of haar nationaliteit of nationaliteiten, indien bekend;
- b.
de om aanhouding verzoekende autoriteit;
- c.
het bestaan van een bevel tot aanhouding of een andere akte die dezelfde kracht heeft, of van een voor tenuitvoerlegging vatbaar vonnis, alsmede een bevestiging dat de persoon wordt gezocht overeenkomstig artikel 1 van het Verdrag;
- d.
de aard en een wettelijke omschrijving van het strafbaar feit, met inbegrip van de maximumstraf of de bij het definitieve vonnis opgelegde straf, alsmede een mededeling of een deel van het vonnis reeds ten uitvoer is gelegd;
- e.
informatie omtrent verjaring en de onderbreking daarvan;
- f.
een beschrijving van de omstandigheden waaronder het strafbaar feit is begaan, met inbegrip van tijdstip, plaats en mate van betrokkenheid van de gezochte persoon bij het strafbare feit;
- g.
voor zover mogelijk, de gevolgen van het strafbaar feit;
- h.
in gevallen waarin om uitlevering wordt verzocht ten behoeve van de tenuitvoerlegging van een voor tenuitvoerlegging vatbaar vonnis, of het vonnis bij verstek is gewezen.
2.
Het eerste lid laat overlet dat om aanvullende gegevens kan worden verzocht indien de in bedoeld lid voorziene gegevens voor de aangezochte partij onvoldoende zijn om te kunnen beslissen over de uitlevering.
3.
In gevallen waarin de aangezochte partij in overeenstemming met artikel 12 van het Verdrag een verzoek om uitlevering heeft ontvangen, is dit Protocol van overeenkomstige toepassing.