Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2023/1542 inzake batterijen en afgedankte batterijen, tot wijziging van Richtlijn 2008/98/EG en Verordening (EU) 2019/1020 en tot intrekking van Richtlijn 2006/66/EG
Artikel 59 Inzameling van afgedankte draagbare batterijen
Geldend
Geldend vanaf 17-08-2023
- Bronpublicatie:
12-07-2023, PbEU 2023, L 191 (uitgifte: 28-07-2023, regelingnummer: 2023/1542)
- Inwerkingtreding
17-08-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-07-2023, PbEU 2023, L 191 (uitgifte: 28-07-2023, regelingnummer: 2023/1542)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Afval
1.
Producenten van draagbare batterijen of, indien zij zijn aangesteld overeenkomstig artikel 57, lid 1, organisaties voor producentenverantwoordelijkheid zorgen ervoor dat alle afgedankte draagbare batterijen, ongeacht hun aard, chemische samenstelling, conditie, merk of oorsprong, gescheiden worden ingezameld op het grondgebied van een lidstaat waar zij draagbare batterijen voor het eerst op de markt aanbieden. Daartoe:
- a)
stellen zij een terugname- en inzamelingssysteem voor afgedankte draagbare batterijen in;
- b)
bieden zij de in lid 2, punt a), bedoelde entiteiten de kosteloze inzameling van afgedankte draagbare batterijen aan en voorzien zij in de inzameling van afgedankte draagbare batterijen van alle entiteiten die van dat aanbod gebruik hebben gemaakt (‘aangesloten inzamelpunten voor afgedankte draagbare batterijen’);
- c)
voorzien zij in de nodige praktische regelingen voor de inzameling en het vervoer van afgedankte draagbare batterijen naar de aangesloten inzamelpunten voor afgedankte draagbare batterijen, met inbegrip van de kosteloze verstrekking van geschikte recipiënten voor inzameling en vervoer die voldoen aan de vereisten van Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad (1);
- d)
zamelen zij kosteloos de bij de aangesloten inzamelpunten ingezamelde afgedankte draagbare batterijen in met een frequentie die evenredig is aan het bestreken gebied en aan het volume en het potentiële gevaar van de afgedankte draagbare batterijen die gewoonlijk via de aangesloten inzamelpunten voor afgedankte draagbare batterijen worden ingezameld;
- e)
zamelen zij kosteloos afgedankte draagbare batterijen die van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur zijn afgezonderd, in met een frequentie die in verhouding staat tot het volume en het potentiële gevaar van de afgedankte draagbare batterijen;
- f)
zorgen zij ervoor dat de bij de aangesloten inzamelpunten voor afgedankte draagbare batterijen ingezamelde afgedankte draagbare batterijen die van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur zijn afgezonderd, vervolgens overeenkomstig artikel 70 in een vergunde inrichting worden verwerkt door een afvalverwerker.
2.
Producenten van draagbare batterijen of, indien zij zijn aangesteld overeenkomstig artikel 57, lid 1, organisaties voor producentenverantwoordelijkheid zorgen ervoor dat het terugname- en inzamelingssysteem voor afgedankte draagbare batterijen:
- a)
bestaat uit inzamelpunten die door hen worden opgezet in samenwerking met één of meer van de volgende partijen:
- i)
distributeurs overeenkomstig artikel 62;
- ii)
inrichtingen voor de verwerking van autowrakken die onderworpen zijn aan Richtlijn 2000/53/EG;
- iii)
overheidsinstanties, of derden die namens hen instaan voor het afvalbeheer, overeenkomstig artikel 66;
- iv)
vrijwillige-inzamelpunten overeenkomstig artikel 67;
- v)
inrichtingen voor de verwerking van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur die onderworpen zijn aan Richtlijn 2012/19/EU, en
- b)
het volledige grondgebied van de lidstaat bestrijkt, rekening houdend met de bevolkingsgrootte en -dichtheid, het verwachte volume aan afgedankte draagbare batterijen, de toegankelijkheid en nabijheid voor eindgebruikers, en niet beperkt is tot gebieden waar de inzameling en het daaropvolgende beheer van afgedankte draagbare batterijen winstgevend is.
3.
Producenten van draagbare batterijen of, indien zij zijn aangesteld overeenkomstig artikel 57, lid 1, organisaties voor producentenverantwoordelijkheid halen en handhaven op duurzame wijze ten minste de volgende inzamelingsdoelstellingen voor afgedankte draagbare batterijen:
- a)
45 % uiterlijk op 31 december 2023;
- b)
63 % uiterlijk op 31 december 2027;
- c)
73 % uiterlijk op 31 december 2030.
Producenten of, indien zij zijn aangesteld overeenkomstig artikel 57, lid 1, organisaties voor producentenverantwoordelijkheid berekenen het in dit lid bedoelde inzamelingspercentage overeenkomstig bijlage XI.
4.
Eindgebruikers kunnen zich ontdoen van afgedankte draagbare batterijen via de in lid 2, punt a), bedoelde inzamelpunten zonder dat zij daarvoor hoeven te betalen of verplicht kunnen worden om een nieuwe batterij te kopen of deze te hebben gekocht bij de producenten die de inzamelpunten hebben opgezet.
5.
Overeenkomstig lid 2, punten a), i), iii) en iv), opgezette inzamelpunten zijn niet onderworpen aan de registratie- of vergunningsvoorschriften van Richtlijn 2008/98/EG.
6.
Lidstaten kunnen maatregelen vaststellen die aan de in lid 2, punt a), van dit artikel bedoelde inzamelpunten voorschrijven dat zij uitsluitend afgedankte draagbare batterijen mogen inzamelen indien zij een contract hebben gesloten met de producenten of indien zij zijn aangesteld overeenkomstig artikel 57, lid 1, organisaties voor producentenverantwoordelijkheid.
7.
Gezien de verwachte ontwikkeling van de markt en de verwachte verlenging van de levensduur van oplaadbare draagbare batterijen, en om een beter beeld te krijgen van het daadwerkelijke volume afgedankte draagbare batterijen, is de Commissie bevoegd om uiterlijk op 18 augustus 2027 overeenkomstig artikel 89 gedelegeerde handelingen vast te stellen om de in bijlage XI uiteengezette methode voor de berekening van het inzamelingspercentage van draagbare batterijen te wijzigen, alsook om de in lid 3 van dit artikel vastgelegde inzamelingsdoelstelling te wijzigen teneinde die aan de nieuwe methode aan te passen en tegelijkertijd vergelijkbare ambities en tijdschema's te handhaven.
Voetnoten
Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land (PB L 260 van 30.9.2008, blz. 13).