Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2023/1542 inzake batterijen en afgedankte batterijen, tot wijziging van Richtlijn 2008/98/EG en Verordening (EU) 2019/1020 en tot intrekking van Richtlijn 2006/66/EG
Artikel 70 Verwerking
Geldend
Geldend vanaf 17-08-2023
- Bronpublicatie:
12-07-2023, PbEU 2023, L 191 (uitgifte: 28-07-2023, regelingnummer: 2023/1542)
- Inwerkingtreding
17-08-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-07-2023, PbEU 2023, L 191 (uitgifte: 28-07-2023, regelingnummer: 2023/1542)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Afval
1.
Ingezamelde afgedankte batterijen mogen niet worden verwijderd of aan een energieterugwinningshandeling worden onderworpen.
2.
Onverminderd Richtlijn 2010/75/EU zorgen vergunde inrichtingen ervoor dat de verwerking voor afgedankte batterijen ten minste voldoet aan deel A van bijlage XII bij deze verordening en strookt met de beste beschikbare technieken zoals gedefinieerd in artikel 3, punt 10, van Richtlijn 2010/75/EU.
3.
Batterijen die worden ingezameld terwijl zij nog steeds zijn ingebouwd in een afgedankt apparaat, een afgedankt licht vervoermiddel of een autowrak, worden van dat apparaat, afgedankt licht vervoermiddel of autowrak afgezonderd overeenkomstig de voorschriften van Richtlijn 2000/53/EG of Richtlijn 2012/19/EU, naargelang wat van toepassing is.
4.
De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 89 gedelegeerde handelingen vast te stellen teneinde de in deel A van bijlage XII vastgelegde voorschriften voor de verwerking van afgedankte batterijen te wijzigen gelet op de technische en wetenschappelijke vooruitgang en opkomende nieuwe technologieën op het gebied van afvalbeheer.
5.
De lidstaten kunnen stimuleringsregelingen invoeren voor marktdeelnemers die hogere percentages behalen dan de respectievelijk in de delen B en C van bijlage XII vastgelegde doelstellingen voor recyclingrendementen en materiaalterugwinning.