Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2021/1230 betreffende grensoverschrijdende betalingen in de Unie
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 19-08-2021
- Bronpublicatie:
14-07-2021, PbEU 2021, L 274 (uitgifte: 30-07-2021, regelingnummer: 2021/1230)
- Inwerkingtreding
19-08-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-07-2021, PbEU 2021, L 274 (uitgifte: 30-07-2021, regelingnummer: 2021/1230)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
EU-recht / Marktintegratie
(codificatie)
(Voor de EER relevante tekst)
Verordening van het Europees Parlement en de Raad van 14 juli 2021 betreffende grensoverschrijdende betalingen in de Unie
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 114, lid 1,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,
Gezien het advies van de Europese Centrale Bank (1),
Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (2),
Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (3),
Overwegende hetgeen volgt:
- (1)
Verordening (EG) nr. 924/2009 van het Europees Parlement en de Raad (4) is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd (5). Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van die verordening te worden overgegaan.
- (2)
Ter bevordering van de goede werking van de interne markt en van het grensoverschrijdende handelsverkeer binnen de Unie is het van essentieel belang dat de kosten van grensoverschrijdende betalingen in euro en die van overeenkomstige binnenlandse betalingen in een lidstaat gelijk zijn.
- (3)
Het is niet aangewezen het beginsel van gelijke kosten toe te passen op betaalinstrumenten die hoofdzakelijk of uitsluitend in papiervorm bestaan, zoals cheques, omdat dergelijke instrumenten, alleen al vanwege hun aard, niet even efficiënt kunnen worden verwerkt als elektronische betalingen.
- (4)
Het beginsel van gelijke kosten moet gelden voor in papiervorm of in contanten geïnitieerde of afgewerkte betalingen die in de loop van de betalingsuitvoeringsketen elektronisch worden verwerkt, uitgezonderd cheques, en voor alle kosten die direct en indirect verband houden met een betalingstransactie, met inbegrip van kosten verbonden aan een overeenkomst. Indirecte kosten omvatten kosten voor het instellen van een doorlopende betalingsopdracht of vergoedingen voor het gebruik van een betaalkaart of krediet- of debetkaart, die gelijk zouden moeten zijn voor binnenlandse en grensoverschrijdende betalingstransacties in de Unie.
- (5)
Ter voorkoming van de versnippering van de betaalmarkten is het aangewezen het beginsel van gelijke kosten toe te passen. Te dien einde dient voor elke categorie grensoverschrijdende betalingstransactie een binnenlandse betaling te worden geïdentificeerd met dezelfde kenmerken of vrijwel dezelfde kenmerken als de grensoverschrijdende betaling. Om na te gaan of een binnenlandse betaling overeenkomt met een grensoverschrijdende betaling, dient het mogelijk te zijn om onder meer van de volgende criteria gebruik te maken: het voor de initiatie, uitvoering en voltooiing van de betaling gekozen kanaal, de mate van automatisering, de eventuele betalingsgarantie, de status van de klant en de relatie met de betalingsdienstaanbieder of het gebruikte betalingsinstrument, als omschreven in artikel 4, punt 14, van Richtlijn (EU) 2015/2366 van het Europees Parlement en de Raad (6). Die criteria dienen niet als uitputtend te worden beschouwd.
- (6)
De bevoegde autoriteiten moeten, voor zover zij zulks nodig achten, richtsnoeren uitvaardigen voor het vaststellen van overeenkomstige betalingen. De Commissie, waar nodig bijgestaan door het bij artikel 85, lid 1, van Richtlijn 2007/64/EG van het Europees Parlement en de Raad (7) ingestelde Comité voor betalingen, dient een passende sturing te verschaffen en de bevoegde autoriteiten bij te staan.
- (7)
Om de werking van de interne markt te vergemakkelijken en op het vlak van grensoverschrijdende betalingen in euro ongelijkheden tussen betalingsdienstgebruikers in de lidstaten binnen en buiten de eurozone te vermijden, moet ervoor worden gezorgd dat de kosten van grensoverschrijdende betalingen in euro binnen de Unie worden gelijkgetrokken met de kosten van overeenkomstige binnenlandse betalingen in de nationale valuta van de lidstaat waar de betalingsdienstaanbieder van de betalingsdienstgebruiker zich bevindt. Een betalingsdienstaanbieder wordt geacht zich te bevinden in de lidstaat waar hij zijn diensten aan de betalingsdienstgebruiker aanbiedt.
- (8)
Valutawisselkosten zijn significante kosten van grensoverschrijdende betalingen wanneer in de lidstaat van de betaler en de lidstaat van de begunstigde andere valuta's worden gebruikt. Artikel 45 van Richtlijn (EU) 2015/2366 bepaalt dat de kosten en de gebruikte wisselkoers transparant moeten zijn, artikel 52, punt 3, van die richtlijn bevat informatievereisten met betrekking tot betalingstransacties die onder een raamovereenkomst vallen, en in artikel 59, lid 2, van die richtlijn zijn informatievereisten neergelegd voor partijen die valutawisseldiensten aanbieden aan een geldautomaat of bij het verkooppunt. Het is noodzakelijk om te voorzien in extra maatregelen teneinde consumenten te beschermen tegen buitensporige kosten voor valutawisseldiensten en ervoor te zorgen dat consumenten de informatie krijgen die zij nodig hebben om de beste valutawisseloptie te kiezen.
- (9)
De uit te voeren maatregelen moeten passend, adequaat en kosteneffectief zijn. Tegelijkertijd moet de verstrekte informatie in situaties waarin de betaler aan een geldautomaat of bij het verkooppunt met verschillende valutawisselopties wordt geconfronteerd, vergelijking mogelijk maken zodat de betaler een geïnformeerde keuze kan maken.
- (10)
Om vergelijkbaarheid te bewerkstelligen, moeten de valutawisselkosten voor alle op kaarten gebaseerde betalingen op dezelfde wijze worden uitgedrukt, namelijk als in procent uitgedrukte marges op de recentste beschikbare referentiewisselkoersen van de Europese Centrale Bank (ECB). Bij omrekening tussen twee andere valuta's dan de euro kan het nodig zijn om een marge te baseren op een koers die is afgeleid van twee ECB-koersen.
- (11)
Overeenkomstig de in Richtlijn (EU) 2015/2366 vastgestelde algemene informatievereisten met betrekking tot valutawisselkosten moeten aanbieders van valutawisseldiensten informatie over hun valutawisselkosten meedelen voordat de betalingstransactie wordt geïnitieerd. Partijen die valutawisseldiensten aanbieden aan een geldautomaat of bij het verkooppunt, moeten op duidelijke en toegankelijke wijze informatie verstrekken over hun kosten voor dergelijke diensten, bijvoorbeeld door hun kosten aan het loket of digitaal op de terminal aan te geven, of op het scherm in het geval van onlineaankopen. Naast de in artikel 59, lid 2, van Richtlijn (EU) 2015/2366 bedoelde informatie moeten die partijen, voordat de betalingstransactie wordt geïnitieerd, expliciete informatie verstrekken over het aan de begunstigde te betalen bedrag in de door de begunstigde gebruikte valuta en het totale door de betaler te betalen bedrag in de valuta van de rekening van de betaler. Het bedrag dat moet worden betaald in de door de begunstigde gebruikte valuta moet de prijs van de te kopen goederen of diensten weergeven en kan worden aangegeven aan de kassa in plaats van op de betaalterminal. De door de begunstigde gebruikte valuta is over het algemeen de lokale valuta, maar kan volgens het beginsel van contractuele vrijheid in sommige gevallen een andere valuta van de Unie zijn. Het totale bedrag dat de betaler in de valuta van de rekening van de betaler moet betalen, moet bestaan uit de prijs van de goederen of diensten en de valutawisselkosten. Voorts moeten beide bedragen worden gedocumenteerd op het ontvangstbewijs of op een andere duurzame drager.
- (12)
Met betrekking tot artikel 59, lid 2, van Richtlijn (EU) 2015/2366 moet de betaler, wanneer aan een geldautomaat of bij het verkooppunt een valutawisseldienst wordt aangeboden, de mogelijkheid hebben om die dienst te weigeren en in plaats daarvan te betalen in de valuta die de begunstigde gebruikt.
- (13)
Om betalers in staat te stellen de kosten van valutawisselopties aan een geldautomaat of bij het verkooppunt te vergelijken, moeten de betalingsdienstaanbieders van de betalers niet alleen volledig vergelijkbare informatie over de toepasselijke valutawisselkosten in de voorwaarden van hun raamovereenkomst opnemen, maar moeten zij die informatie ook op begrijpelijke en toegankelijke wijze openbaar maken op een algemeen beschikbaar en gemakkelijk toegankelijk elektronisch platform, in het bijzonder op hun klantenwebsites, hun thuisbankieren-websites en hun mobiele bankapps. Dit zou de ontwikkeling van vergelijkingswebsites mogelijk maken, zodat het voor consumenten gemakkelijker wordt om prijzen te vergelijken wanneer zij in het buitenland reizen of winkelen. Voorts moeten betalingsdienstaanbieders betalers aan de toepasselijke valutawisselkosten herinneren wanneer een op een kaart gebaseerde betaling in een andere valuta wordt verricht, met behulp van algemeen beschikbare en gemakkelijk toegankelijke elektronische communicatiekanalen zoals sms-berichten, e-mails of pushmeldingen via de mobiele bankapp van de betaler. Betalingsdienstaanbieders moeten met betalingsdienstgebruikers overeenkomen via welk elektronisch communicatiekanaal zij de informatie over valutawisselkosten zullen verstrekken, rekening houdend met het meest doeltreffende kanaal om de betaler te bereiken. Betalingsdienstaanbieders moeten ook gehoor geven aan verzoeken van betalingsdienstgebruikers om de elektronische berichten met informatie over de valutawisselkosten niet te ontvangen.
- (14)
Periodieke herinneringen zijn aangewezen in situaties waarin de betaler voor langere tijd in het buitenland verblijft, bijvoorbeeld wanneer de betaler in het buitenland gedetacheerd is of studeert of wanneer de betaler regelmatig een kaart gebruikt voor onlineaankopen in de lokale valuta. Een verplichting om dergelijke herinneringen te verstrekken zou ervoor zorgen dat de betaler geïnformeerd is wanneer hij verschillende valutawisselopties overweegt.
- (15)
Het is van belang de uitvoering van grensoverschrijdende betalingen door betalingsdienstaanbieders te vergemakkelijken. In dat verband dient normalisering te worden gestimuleerd, met name wat het gebruik van het internationale identificatienummer van een betaalrekening (IBAN) en de bedrijfsidentificatiecode (BIC) betreft. Het is bijgevolg dienstig dat betalingsdienstaanbieders betalingsdienstgebruikers met betrekking tot de betreffende rekening het IBAN en de BIC verstrekken.
- (16)
Teneinde de continue, tijdelijke en efficiënte verstrekking van betalingsbalansstatistieken te garanderen in het kader van de gemeenschappelijke eurobetalingsruimte (Single Euro Payments Area — SEPA), is het wenselijk erop toe te zien dat het voor diverse betaalinstrumenten mogelijk blijft direct beschikbare betalingsgegevens, zoals IBAN, BIC en transactiebedrag, of geaggregeerde basisgegevens over betalingen te vergaren, mits het vergaringsproces de verwerking van automatische betalingen niet verstoort en volledig kan worden geautomatiseerd. Deze verordening doet geen afbreuk aan rapportageverplichtingen voor andere beleidsdoeleinden, zoals voor het voorkomen van het witwassen van geld of van de financiering van terrorisme, of voor fiscale doeleinden.
- (17)
De bevoegde autoriteiten moeten de nodige bevoegdheden krijgen om hun controletaken efficiënt uit te voeren en alle nodige maatregelen te nemen om ervoor te zorgen dat betalingsdienstaanbieders deze verordening naleven.
- (18)
Om ervoor te zorgen dat verhaal mogelijk is bij een onjuiste toepassing van deze verordening, dienen de lidstaten adequate en efficiënte klachten- en verhaalprocedures vast te stellen voor de beslechting van geschillen tussen de betalingsdienstgebruiker en zijn betalingsdienstaanbieder. Van belang is ook dat bevoegde autoriteiten en organen voor buitengerechtelijke klachten- en verhaalprocedures worden aangewezen.
- (19)
Het is van essentieel belang ervoor te zorgen dat de bevoegde autoriteiten en organen voor buitengerechtelijke klachten- en verhaalprocedures binnen de Unie actief met elkaar samenwerken met het oog op een vlotte en spoedige beslechting van grensoverschrijdende geschillen uit hoofde van deze verordening. Het zou mogelijk moeten zijn dat een dergelijke samenwerking de vorm aanneemt van een uitwisseling van informatie over de wetgeving of de juridische praktijk in hun rechtsgebied en, waar passend, van de overdracht van klachten- en verhaalprocedures.
- (20)
De lidstaten moeten in hun nationaal recht in doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties voorzien ter bestraffing van de niet-naleving van deze verordening.
- (21)
Uitbreiding van de toepassing van deze verordening tot andere valuta's dan de euro zou duidelijke voordelen met zich brengen, vooral wat het aantal bestreken betalingen betreft. Om lidstaten die de euro niet als hun nationale valuta hebben in staat te stellen de toepassing van deze verordening tot grensoverschrijdende betalingen in hun valuta uit te breiden, dient een kennisgevingsprocedure te worden vastgesteld.
- (22)
De Commissie moet bij het Europees Parlement, de Raad, de ECB en het Europees Economisch en Sociaal Comité een verslag indienen over de toepassing van de regel dat de kosten van grensoverschrijdende betalingen in euro gelijk moeten zijn aan die van binnenlandse transacties in nationale valuta en over de effectiviteit van de in deze verordening vastgestelde informatievereisten met betrekking tot valutawissel. De Commissie moet ook verdere mogelijkheden om de regel van gelijke kosten uit te breiden tot alle valuta's van de Unie en de transparantie en vergelijkbaarheid van valutawisselkosten aanvullend te verbeteren — en de technische haalbaarheid van die mogelijkheden — analyseren, en zij moet de mogelijkheid onderzoeken tot deactivering of activering van de optie om valutawissel door andere partijen dan de betalingsdienstaanbieder van de betaler te aanvaarden.
- (23)
Daar de doelstellingen van deze verordening niet voldoende door de lidstaten kunnen worden verwezenlijkt, maar vanwege de omvang of de gevolgen van het optreden beter door de Unie kunnen worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan nodig is om die doelstellingen te verwezenlijken,
HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Voetnoten
PB C 65 van 25.2.2021, blz. 4.
PB C 56 van 16.2.2021, blz. 43.
Standpunt van het Europees Parlement van 23 juni 2021 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 13 juli 2021.
Verordening (EG) nr. 924/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende grensoverschrijdende betalingen in de Gemeenschap en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2560/2001 (PB L 266 van 9.10.2009, blz. 11).
Richtlijn (EU) 2015/2366 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 betreffende betalingsdiensten in de interne markt, houdende wijziging van de Richtlijnen 2002/65/EG, 2009/110/EG en 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010 en houdende intrekking van Richtlijn 2007/64/EG (PB L 337 van 23.12.2015, blz. 35).
Richtlijn 2007/64/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2007 betreffende betalingsdiensten in de interne markt tot wijziging van de Richtlijnen 97/7/EG, 2002/65/EG, 2005/60/EG en 2006/48/EG, en tot intrekking van Richtlijn 97/5/EG (PB L 319 van 5.12.2007, blz. 1).