Einde inhoudsopgave
Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden
Artikel 18 Geldigheid van een bewijs van vakbekwaamheid
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2014
- Bronpublicatie:
04-02-2014, Stb. 2014, 91 (uitgifte: 28-02-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-02-2014, Stb. 2014, 91 (uitgifte: 28-02-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
- Vakgebied(en)
Natuurbeschermingsrecht / Algemeen
Agrarisch recht (V)
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
1.
Een bewijs van vakbekwaamheid wordt verstrekt voor een termijn van vijf jaar na het tijdstip waarop de opleiding is afgerond, het examen is afgelegd, of de instructie is verkregen, overeenkomstig artikel 17, eerste lid, of aan de voorwaarden, bedoeld in artikel 17a, eerste lid, is voldaan.
2.
De geldigheid van een bewijs van vakbekwaamheid wordt na afloop van de termijn, bedoeld in het eerste lid, ambtshalve verlengd onder door Onze Minister bij ministeriële regeling vast te stellen voorwaarden.
3.
De vernieuwing van een bewijs van vakbekwaamheid als bedoeld in artikel 17, eerste lid, en 17a, eerste lid, wordt geweigerd indien niet is voldaan aan bij regeling door Onze Minister vast te stellen voorwaarden inzake scholing.
4.
Onze Minister van Economische Zaken, onderscheidenlijk Onze Minister van Infrastructuur en Milieu, kan een bewijs van vakbekwaamheid voor gewasbescherming, onderscheidenlijk biociden, in een geval als bedoeld in artikel 85, eerste of derde lid, van de wet, tijdelijk of permanent intrekken. Bij regeling van Onze Minister worden regels gesteld met betrekking tot de gevallen en de mate waarin tot intrekking kan worden overgegaan.
5.
Onze Minister stelt bij ministeriële regeling vast wanneer en op welke wijze na intrekking opnieuw een bewijs van vakbekwaamheid verkregen kan worden.