Einde inhoudsopgave
Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 952/2013 met nadere regels betreffende een aantal bepalingen van het douanewetboek van de Unie
Artikel 34 Minimale handelingen
Geldend
Geldend vanaf 30-11-2021
- Bronpublicatie:
30-07-2021, PbEU 2021, L 396 (uitgifte: 10-11-2021, regelingnummer: 2021/1934)
- Inwerkingtreding
30-11-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-07-2021, PbEU 2021, L 396 (uitgifte: 10-11-2021, regelingnummer: 2021/1934)
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Belastingen EU
Douane (V)
(Artikel 60, lid 2, van het wetboek)
De volgende handelingen worden niet beschouwd als ingrijpende, economisch verantwoorde be- of verwerkingen om de oorsprong te verlenen:
- a)
handelingen die dienen om producten tijdens het vervoer en de opslag in goede staat te bewaren (luchten, uitleggen, drogen, verwijderen van beschadigde delen en soortgelijke handelingen) of handelingen die de verzending of het vervoer vergemakkelijken;
- b)
eenvoudige handelingen die bestaan in het stofvrij maken, zeven, sorteren, rangschikken, samenvoegen, wassen, snijden;
- c)
veranderen van verpakking, splitsen en samenvoegen van colli, eenvoudig plaatsen in flessen, flacons, blikken, zakken, kratten of dozen, bevestigen op kaarten of platen en alle andere eenvoudige handelingen in verband met de opmaak;
- d)
opmaken van goederen in stellen of assortimenten of voor de verkoop aanbieden;
- e)
aanbrengen van merken, etiketten of andere soortgelijke onderscheidingstekens op de producten zelf of op de verpakking;
- f)
eenvoudig samenvoegen van delen van producten tot een volledig product;
- g)
demontage of gebruiksverandering;
- h)
een combinatie van twee of meer van de onder a) tot en met g) genoemde handelingen.
In het geval van goederen die onder bijlage 22-01 vallen, gelden de residuele regels voor het hoofdstuk dat betrekking heeft op die goederen. In het geval van goederen die niet onder bijlage 22-01 vallen, is, wanneer de laatste be- of verwerking als een minimale handeling wordt aangemerkt, de oorsprong van het eindproduct het land of gebied waar het grootste deel van de materialen van oorsprong is. Wanneer het eindproduct moet worden ingedeeld onder de hoofdstukken 1 tot en met 29 of 31 tot en met 40 van het geharmoniseerde systeem, wordt het grootste deel van de materialen bepaald op basis van het gewicht van de materialen. Wanneer het eindproduct moet worden ingedeeld onder de hoofdstukken 30 of 41 tot en met 97 van het geharmoniseerde systeem, wordt het grootste deel van de materialen bepaald op basis van de waarde van de materialen.