Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) nr. 1069/2009 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1774/2002
Artikel 18 Bijzondere vervoederingsdoeleinden
Geldend
Geldend vanaf 04-12-2009
- Bronpublicatie:
21-10-2009, PbEU 2009, L 300 (uitgifte: 14-11-2009, regelingnummer: 1069/2009)
- Inwerkingtreding
04-12-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-10-2009, PbEU 2009, L 300 (uitgifte: 14-11-2009, regelingnummer: 1069/2009)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Internationale sociale zekerheid / Algemeen
1.
In afwijking van de artikelen 13 en 14 mag de bevoegde autoriteit toestaan dat het volgende materiaal, onder voorwaarden ter beheersing van risico's voor de volksgezondheid en de diergezondheid, wordt verzameld en gebruikt: categorie 2-materiaal dat afkomstig is van dieren die niet zijn gedood of gestorven als gevolg van de aanwezigheid of vermoede aanwezigheid van een op mens of dier overdraagbare ziekte en categorie 3-materiaal voor vervoedering aan:
- a)
dierentuindieren;
- b)
circusdieren;
- c)
andere reptielen en roofvogels dan dierentuindieren of circusdieren;
- d)
pelsdieren;
- e)
wilde dieren;
- f)
honden in erkende kennels of meutes;
- g)
honden en katten in asielen;
- h)
maden en wormen die als visaas worden gebruikt.
2.
In afwijking van artikel 12 en onder overeenkomstig lid 3 van dit artikel vastgestelde voorwaarden, mogen de bevoegde autoriteiten toestaan:
- a)
dat categorie 1-materiaal als bedoeld in artikel 8, onder b), ii), en materiaal dat is verkregen van dierentuindieren wordt vervoederd aan dierentuindieren, en
- b)
dat categorie 1-materiaal als bedoeld in artikel 8, onder b), ii), wordt vervoederd aan met uitsterven bedreigde of beschermde aasetende vogelsoorten en andere soorten die in hun natuurlijke habitat leven, om de biodiversiteit te bevorderen.
3.
Maatregelen ter uitvoering van dit artikel kunnen worden vastgesteld wat betreft:
- a)
de voorwaarden waaronder het verzamelen en het gebruik als bedoeld in lid 1 mag worden toegestaan wat betreft het transport, de opslag en het gebruik van categorie 2- en categorie 3-materiaal voor vervoedering, onder andere in het geval van nieuwe risico's, en
- b)
de voorwaarden waaronder in bepaalde gevallen, als afwijking van de verplichting in artikel 21, lid 1, het vervoederen van categorie 1-materiaal als bedoeld in lid 2 van dit artikel mag worden toegestaan, waaronder:
- i)
de met uitsterven bedreigde of beschermde aasetende vogelsoorten en andere soorten in bepaalde lidstaten waaraan dit materiaal mag worden vervoederd;
- ii)
maatregelen om risico's voor de volksgezondheid en de diergezondheid te voorkomen.
Deze maatregelen, die beogen niet-essentiële onderdelen van deze verordening te wijzigen door haar aan te vullen, worden vastgesteld volgens de in artikel 52, lid 4, bedoelde regelgevingsprocedure met toetsing.