Einde inhoudsopgave
Richtsnoeren voor staatssteun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden
1.1.10.1 Steun voor kennisuitwisselings- en voorlichtingsacties
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2023
- Redactionele toelichting
De datum van afkondiging is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
21-12-2022, PbEU 2022, C 485 (uitgifte: 21-12-2022, regelingnummer: 2022/C 485/01)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-12-2022, PbEU 2022, C 485 (uitgifte: 21-12-2022, regelingnummer: 2022/C 485/01)
- Vakgebied(en)
Staatssteun (V)
(282)
De Commissie zal steun voor kennisuitwisselings- en voorlichtingsacties aanmerken als verenigbaar met de interne markt op grond van artikel 107, lid 3, punt c), van het Verdrag als die steun in overeenstemming is met deel I, hoofdstuk 3, van deze richtsnoeren, met de in de punten (279), (280) en (281) vermelde algemene voorwaarden voor steun voor technische bijstand en met de in deze afdeling vermelde voorwaarden.
(283)
De lidstaten moeten erop toezien dat de in het kader van deze afdeling gesteunde acties consistent zijn met de in de strategische GLB-plannen opgenomen beschrijving van het kennis- en innovatiesysteem voor de landbouw (AKIS).
(284)
De steun dient voor beroepsopleiding, acties voor de verwerving van vaardigheden, waaronder opleidingscursussen, workshops, conferenties en coaching, demonstratieactiviteiten, voorlichtingsacties en de bevordering van innovatie, waarmee wordt bijgedragen tot de verwezenlijking van een of meer van de specifieke doelstellingen van artikel 6, lid 1, van Verordening (EU) 2021/2115.
(285)
De steun kan ook worden toegekend voor korte uitwisselingen inzake landbouwbedrijfsbeheer en voor bezoeken aan landbouwbedrijven.
In aanmerking komende kosten
(286)
De steun dekt de volgende in aanmerking komende kosten:
- a)
de kosten van de organisatie van beroepsopleiding en van acties voor de verwerving van vaardigheden, waaronder opleidingscursussen, workshops, conferenties, coaching, demonstratieactiviteiten en voorlichtingsacties;
- b)
de kosten in verband met de reis-, verblijfs- en dagvergoedingen van de deelnemers;
- c)
de kosten van vervangingsdiensten tijdens de afwezigheid van de deelnemers;
- d)
als het gaat om demonstratieprojecten komen ook de volgende investeringskosten in aanmerking:
- i)
de kosten van de bouw, verwerving, inclusief leasing, of verbetering van onroerende goederen, waarbij grond slechts in aanmerking komt voor een bedrag dat niet hoger is dan 10 % van de totale in aanmerking komende kosten van de betrokken verrichting; in uitzonderlijke, naar behoren gemotiveerde gevallen kan een hoger percentage worden toegestaan voor verrichtingen ten behoeve van milieubehoud en het behoud van koolstofrijke bodems;
- ii)
de kosten van de koop of huurkoop van machines en uitrusting, tot maximaal de marktwaarde van de activa;
- iii)
algemene kosten in verband met de in de punten i) en ii) bedoelde uitgaven, zoals voor het inschakelen van architecten, ingenieurs en adviseurs en voor advies over ecologische en economische duurzaamheid, met inbegrip van haalbaarheidsstudies; haalbaarheidsstudies blijven in aanmerking komen, zelfs wanneer op basis van de resultaten daarvan geen uitgaven uit hoofde van de punten i) en ii) worden gedaan;
- iv)
de kosten van aankoop, ontwikkeling of gebruik van computersoftware, cloud- en soortgelijke oplossingen en van de verwerving van octrooien, licenties, auteursrechten en handelsmerken;
- v)
in naar behoren gemotiveerde gevallen mag steun voor kleinschalige demonstratieprojecten worden verleend voor de extra kosten en de gederfde inkomsten die met het demonstratieproject gepaard gaan.
(287)
De in punt (286), d), i) tot en met iv), bedoelde kosten komen in aanmerking voor zover en zolang zij voor het demonstratieproject worden gemaakt. Alleen de afschrijvingskosten die met de looptijd van het demonstratieproject overeenstemmen, als berekend volgens algemeen erkende boekhoudkundige beginselen, worden als in aanmerking komende kosten beschouwd.
(288)
De organisaties die kennisuitwisselings- en voorlichtingsdiensten aanbieden, moeten over hiertoe gekwalificeerd en geregeld opgeleid personeel beschikken.
(289)
De in punt (286), a), c), en d), i) tot en met iv), bedoelde steun moet in de vorm van gesubsidieerde diensten worden verstrekt. Steun voor de kosten van vervangingsdiensten als bedoeld in punt (286), c), mag, bij wijze van alternatief, rechtstreeks worden betaald aan de aanbieder van de vervangingsdiensten. Steun als bedoeld in punt (286), d), v), moet rechtstreeks aan de begunstigden worden betaald. Steun op grond van punt (286), d), i) tot en met iv), voor kleinschalige demonstratieprojecten mag rechtstreeks aan de begunstigden worden betaald.
Steunintensiteit
(290)
De steunintensiteit mag ten hoogste 100 % van de in aanmerking komende kosten bedragen.
(291)
Voor de in punt (286), d), bedoelde in aanmerking komende kosten moet het maximale steunbedrag beperkt blijven tot 100 000 EUR over een periode van drie belastingjaren.