Einde inhoudsopgave
Leidraad Invordering 2008
25.4.4 Uitstel in verband met faillissement, WSNP en surseance
Geldend
Geldend vanaf 03-07-2012. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-07-2012
- Bronpublicatie:
27-06-2012, Stcrt. 2012, 13576 (uitgifte: 03-07-2012, regelingnummer: BLKB2012/1062M)
- Inwerkingtreding
03-07-2012, terugwerkend tot: 01-07-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-06-2012, Stcrt. 2012, 13576 (uitgifte: 03-07-2012, regelingnummer: BLKB2012/1062M)
- Vakgebied(en)
Invordering (V)
Faillissementsschulden en belastingaanslagen waarop de wettelijke schuldsaneringsregeling van toepassing is, moet de ontvanger op de gebruikelijke wijze bij de curator dan wel de bewindvoerder aanmelden. Voor deze schulden treft de ontvanger geen betalingsregeling.
Zo lang onzeker is of alle boedelschulden uit de boedel kunnen worden voldaan, kan de ontvanger voor de betaling daarvan uitstel verlenen.
De ontvanger kan tijdens een surseance van betaling op verzoek van de bewindvoerder uitstel van betaling verlenen voor de belastingschuld die voor de aanvang van de surseance materieel verschuldigd is geworden. De ontvanger stelt daarbij de voorwaarde dat de belastingschuldige nieuw opkomende verplichtingen stipt nakomt.
De ontvanger kan ook tijdens de wettelijke schuldsaneringsregeling onder de gebruikelijke voorwaarden uitstel van betaling verlenen voor belastingaanslagen waarop de wettelijke schuldsaneringsregeling niet van toepassing is.
Als zekerheid is gesteld, wint de ontvanger deze uit. Daarna informeert hij de curator dan wel de bewindvoerder over de wijziging in de hoogte van de belastingschuld.