Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) Nr. 904/2010 betreffende de administratieve samenwerking en de bestrijding van fraude op het gebied van de belasting over de toegevoegde waarde
Artikel 2
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2021
- Redactionele toelichting
De datum van inwerkingtreding is de datum van toepassing.
- Bronpublicatie:
05-12-2017, PbEU 2017, L 348 (uitgifte: 29-12-2017, regelingnummer: 2017/2454)
- Inwerkingtreding
01-07-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-07-2020, PbEU 2017, L 348 jo PbEU 2020, L 244 (uitgifte: 29-07-2020, regelingnummer: 2020/1108)
05-12-2017, PbEU 2017, L 348 jo PbEU 2020, L 244 (uitgifte: 29-12-2017, regelingnummer: 2017/2454)
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Administratieve bijstand en invordering
1.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
- a)
‘centraal verbindingsbureau’: het bureau dat uit hoofde van artikel 4, lid 1, is aangewezen en de primaire verantwoordelijkheid draagt voor de contacten met de andere lidstaten op het gebied van de administratieve samenwerking;
- b)
‘verbindingsdienst’: elk ander bureau dan het centrale verbindingsbureau dat uit hoofde van artikel 4, lid 2, door de bevoegde autoriteit als zodanig is aangewezen om op grond van deze verordening rechtstreeks inlichtingen uit te wisselen;
- c)
‘bevoegde ambtenaar’: een ambtenaar die op grond van deze verordening rechtstreeks inlichtingen kan uitwisselen waartoe hem uit hoofde van artikel 4, lid 3, machtiging is verleend;
- d)
‘verzoekende autoriteit’: het centrale verbindingsbureau, een verbindingsdienst of elke bevoegde ambtenaar van een lidstaat die namens de bevoegde autoriteit om bijstand verzoekt;
- e)
‘aangezochte autoriteit’: het centrale verbindingsbureau, een verbindingsdienst of elke bevoegde ambtenaar van een lidstaat die namens de bevoegde autoriteit om bijstand wordt verzocht;
- f)
‘intracommunautaire transacties’: de intracommunautaire levering van goederen of de intracommunautaire verrichting van diensten;
- g)
‘intracommunautaire goederenlevering’: een goederenlevering die moet worden vermeld op de lijst bedoeld in artikel 262 van Richtlijn 2006/112/EG;
- h)
‘intracommunautaire verrichting van diensten’: een verrichting van diensten die moet worden vermeld op de lijst bedoeld in artikel 262 van Richtlijn 2006/112/EG;
- i)
‘intracommunautaire verwerving van goederen’: het verwerven van het recht om als eigenaar te beschikken over roerende lichamelijke zaken, als bedoeld in artikel 20 van Richtlijn 2006/112/EG;
- j)
‘btw-identificatienummer’: nummer waarin wordt voorzien bij de artikelen 214, 215 en 216 van Richtlijn 2006/112/EG;
- k)
‘administratief onderzoek’: alle door de lidstaten bij de uitoefening van hun taken verrichte controles, onderzoeken en andere acties gericht op het waarborgen van de juiste toepassing van de btw-wetgeving;
- l)
‘automatische uitwisseling’: het systematisch en zonder voorafgaand verzoek verstrekken van vooraf bepaalde inlichtingen aan een andere lidstaat;
- m)
‘spontane uitwisseling’: het niet-systematisch, op willekeurige tijdstippen en zonder voorafgaand verzoek verstrekken van inlichtingen aan een andere lidstaat;
- n)
‘persoon’:
- i)
een natuurlijk persoon;
- ii)
een rechtspersoon;
- iii)
indien de geldende wetgeving in die mogelijkheid voorziet, een vereniging van personen die bevoegd is rechtshandelingen te verrichten, maar niet de wettelijke status van rechtspersoon bezit, of
- iv)
een andere juridische constructie, ongeacht de aard of de vorm ervan, met of zonder rechtspersoonlijkheid, die handelingen verricht welke aan btw onderworpen zijn;
- o)
‘geautomatiseerde toegang’: mogelijkheid om zonder uitstel toegang te krijgen tot een elektronisch systeem, om daarin vervatte inlichtingen te raadplegen;
- p)
‘langs elektronische weg’: door middel van elektronische apparatuur voor gegevensverwerking (met inbegrip van digitale compressie) en gegevensopslag, met gebruikmaking van draden, radio, optische of andere elektromagnetische middelen;
- q)
‘CCN/CSI-netwerk’: het op het gemeenschappelijke communicatienetwerk (hierna ‘CCN’ — common communication network) met gemeenschappelijke systeeminterface (hierna ‘CSI’ — common system interface) gebaseerde gemeenschappelijke platform dat de Unie ontwikkeld heeft voor het elektronische berichtenverkeer tussen de autoriteiten die bevoegd zijn op het gebied van douane en belastingen;
- r)
‘gelijktijdige controle’: de gecoördineerde controle van de fiscale aangelegenheden van een belastingplichtige of van onderling verbonden belastingplichtigen door ten minste twee deelnemende lidstaten die daarbij gemeenschappelijke of verwante belangen hebben;
- s)
‘betalingsdienstaanbieder’: een van de categorieën van betalingsdienstaanbieders als vermeld in artikel 1, lid 1, punten a) tot en met d), van Richtlijn (EU) 2015/2366 van het Europees Parlement en de Raad (1), of een natuurlijke persoon of rechtspersoon aan wie op grond van artikel 32 van die richtlijn een vrijstelling is verleend;
- t)
‘betaling’: behoudens de uitsluitingen in artikel 3 van Richtlijn (EU) 2015/2366, een ‘betalingstransactie’ als gedefinieerd in van artikel 4, punt 5 van die richtlijn of een ‘geldtransfer’ als gedefinieerd in artikel 4, punt 22 van die richtlijn;
- u)
‘betaler’: een ‘betaler’ als gedefinieerd in artikel 4, punt 8, van Richtlijn (EU) 2015/2366;
- v)
‘begunstigde’: een ‘begunstigde’ als gedefinieerd in artikel 4, punt 9, van Richtlijn (EU) 2015/2366.
2.
De in de artikelen 358, 358 bis, 369 bis en 369 terdecies van Richtlijn 2006/112/EG opgenomen definities ten behoeve van de respectieve bijzondere regeling, zijn ook van toepassing in het kader van deze verordening.
Voetnoten
Richtlijn (EU) 2015/2366 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 betreffende betalings-diensten in de interne markt, houdende wijziging van de Richtlijnen 2002/65/EG, 2009/110/EG en 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010 en houdende intrekking van Richtlijn 2007/64/EG (PB L 337 van 23.12.2015, blz. 35).