Einde inhoudsopgave
Wet op het financieel toezicht
Artikel 3A:69 Aanwending financiële middelen
Geldend
Geldend vanaf 27-06-2017
- Bronpublicatie:
31-05-2017, Stb. 2017, 235 (uitgifte: 13-06-2017, kamerstukken: 34634)
- Inwerkingtreding
27-06-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-06-2017, Stb. 2017, 276 (uitgifte: 26-06-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
De Nederlandsche Bank besluit over de aanwending van financiële middelen van het Afwikkelingsfonds.
2.
De financiële middelen kunnen worden aangewend voor de volgende doeleinden:
- a.
het uitvoeren van de maatregelen, bedoeld in artikel 101 van de richtlijn herstel en afwikkeling van banken en beleggingsondernemingen; of
- b.
het bijdragen aan de financiering van een groepsafwikkeling, waaronder het garanderen van leningen die zijn aangegaan door groepsfinancieringsregelingen overeenkomstig artikel 107, zevende lid, van de richtlijn herstel en afwikkeling van banken en beleggingsondernemingen aangegane leningen.
3.
De Nederlandsche Bank kan besluiten dat de financiële middelen tevens worden gebruikt om bij toepassing van het instrument van verkoop van de onderneming de in het tweede lid, onderdeel a, bedoelde maatregelen te nemen met betrekking tot de verkrijger.
4.
De financiële middelen worden niet gebruikt om rechtstreeks de verliezen van een entiteit op te vangen of om een entiteit te herkapitaliseren.