Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 596/2014 betreffende marktmisbruik en intrekking Richtlijn 2003/6/EG, enz. (Verordening marktmisbruik)
Artikel 38 Verslag
Geldend
Geldend van 30-06-2016 tot 04-12-2024
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 03-07-2016.
- Bronpublicatie:
08-06-2016, PbEU 2016, L 171 (uitgifte: 29-06-2016, regelingnummer: 2016/1011)
- Inwerkingtreding
30-06-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-06-2016, PbEU 2016, L 171 (uitgifte: 29-06-2016, regelingnummer: 2016/1011)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Europees financieel recht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Uiterlijk op 3 juli 2019 dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in over de toepassing van deze verordening met, in voorkomend geval, een wetgevingsvoorstel om deze te wijzigen. In het verslag wordt onder andere ingegaan op:
- a)
de noodzaak van invoering van gemeenschappelijke regels over de noodzaak van invoering door alle lidstaten van administratieve sancties voor handel met voorwetenschap en marktmanipulatie;
- b)
de vraag of de definitie van handel met voorwetenschap volstaat om daar alle informatie onder te laten vallen waarover bevoegde autoriteiten moeten beschikken om marktmisbruik effectief te kunnen bestrijden;
- c)
de vraag of de voorwaarden waaronder overeenkomstig artikel 19, lid 11, een handelsverbod kan worden ingesteld, volstaan, teneinde te bepalen of er nog andere omstandigheden zijn waaronder een verbod zou moeten worden ingesteld;
- d)
de mogelijkheid van het vaststellen van een Uniekader voor marktoverschrijdend toezicht op orderboeken met betrekking tot marktmisbruik, waaronder aanbevelingen voor een dergelijk kader, en
- e)
het toepassingsgebied van de benchmarkbepalingen.
Voor de toepassing van de eerste alinea, onder a), brengt ESMA de toepassing van administratieve sancties in kaart alsook de toepassing van die strafrechtelijke sancties in de lidstaten, indien de lidstaten er krachtens artikel 30, lid 1, tweede alinea, voor hebben gekozen strafrechtelijke sancties vast te stellen voor de in dat artikel bedoelde inbreuken op deze verordening. Dit omvat ook alle gegevens zoals bedoeld in artikel 33, leden 1 en 2.
Uiterlijk op 3 juli 2019 dient de Commissie na raadpleging van ESMA een verslag in bij het Europees Parlement en de Raad over het niveau van de in artikel 19, lid 1 bis, onder a) en b), bedoelde drempels met betrekking tot transacties door leidinggevenden wanneer de aandelen of schuldinstrumenten van de uitgevende instelling deel uitmaken van een instelling voor collectieve belegging of blootstelling inhouden voor een portfolio van activa, teneinde te beoordelen of het niveau passend is of moet worden aangepast.
De Commissie is overeenkomstig artikel 35 bevoegd gedelegeerde handelingen vast te stellen om de in artikel 19, lid 1 bis, onder a) en b), bedoelde drempels aan te passen wanneer het in dat verslag constateert dat die drempels moeten worden aangepast.