Einde inhoudsopgave
Wet internationale misdrijven
Artikel 6 [Schending art. 3 Verdragen van Genève]
Geldend
Geldend vanaf 13-12-2019
- Bronpublicatie:
30-10-2019, Stb. 2019, 466 (uitgifte: 12-12-2019, kamerstukken: 35259)
- Inwerkingtreding
13-12-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-10-2019, Stb. 2019, 466 (uitgifte: 12-12-2019, kamerstukken: 35259)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Buitenlandse Zaken
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Internationale misdrijven
1.
Hij die zich in geval van een niet-internationaal gewapend conflict schuldig maakt aan schending van het gemeenschappelijk artikel 3 van de Verdragen van Genève, te weten het begaan jegens personen die niet rechtstreeks aan de vijandelijkheden deelnemen, met inbegrip van personeel van strijdkrachten dat de wapens heeft neergelegd, of jegens personen die buiten gevecht zijn gesteld door ziekte, verwonding, gevangenschap of enig andere oorzaak, van een van de volgende feiten:
- a.
aanslagen op het leven of lichamelijke geweldpleging, in het bijzonder het doden op welke wijze ook, verminking, wrede behandeling of marteling;
- b.
het nemen van gijzelaars;
- c.
aanranding van de persoonlijke waardigheid, in het bijzonder vernederende en onterende behandeling; of
- d.
het uitspreken of ten uitvoer leggen van vonnissen zonder voorafgaande berechting door een op regelmatige wijze samengesteld gerecht dat alle gerechtelijke waarborgen biedt, naar algemeen aanvaarde normen als onmisbaar erkend,
wordt gestraft met levenslange gevangenisstraf of tijdelijke van ten hoogste dertig jaren of geldboete van de zesde categorie.
2.
Hij die zich in geval van een niet-internationaal gewapend conflict schuldig maakt aan een van de volgende feiten:
- a.
verkrachting, seksuele slavernij, gedwongen prostitutie, gedwongen sterilisatie of elke andere vorm van seksueel geweld die even ernstig kan worden geacht als een ernstige inbreuk op de Verdragen van Genève;
- b.
gedwongen zwangerschap;
- c.
personen die zich in de macht van een tegenpartij bevinden onderwerpen aan lichamelijke verminking of medische of wetenschappelijke experimenten, van welke aard ook, die niet worden gerechtvaardigd door de geneeskundige of tandheelkundige behandeling van de betrokken persoon of door diens behandeling in het ziekenhuis, noch in zijn belang worden uitgevoerd, en die de dood ten gevolge hebben of de gezondheid van die persoon of personen ernstig in gevaar kan brengen; of
- d.
op verraderlijke wijze doden of verwonden van personen die behoren tot de vijandige natie of het vijandige leger,
wordt gestraft met levenslange gevangenisstraf of tijdelijke van ten hoogste dertig jaren of geldboete van de zesde categorie.
3.
Hij die zich in geval van een niet-internationaal gewapend conflict schuldig maakt aan een van de volgende feiten:
- a.
opzettelijk aanvallen richten op de burgerbevolking als zodanig of op individuele burgers die niet rechtstreeks aan vijandelijkheden deelnemen;
- b.
opzettelijk aanvallen richten op gebouwen, materieel, medische eenheden en transport, alsmede personeel dat overeenkomstig internationaal recht gebruik maakt van de emblemen van de Verdragen van Genève;
- c.
opzettelijk aanvallen richten op personeel, installaties, materieel, eenheden of voertuigen, betrokken bij humanitaire hulpverlening of vredesmissies overeenkomstig het Handvest van de Verenigde Naties, zolang deze recht hebben op de bescherming die aan burgers of burgerobjecten wordt verleend krachtens het internationale recht inzake gewapende conflicten;
- d.
opzettelijk aanvallen richten op gebouwen, bestemd voor godsdienst, onderwijs, kunst, wetenschap of charitatieve doeleinden, historische monumenten, ziekenhuizen en plaatsen waar zieken en gewonden worden samengebracht, mits deze geen militair doelwit zijn;
- e.
een stad of plaats plunderen, ook wanneer deze bij een aanval wordt ingenomen;
- f.
kinderen beneden de leeftijd van vijftien jaar bij de nationale strijdkrachten of groepen onder de wapenen roepen of in militaire dienst nemen dan wel hen gebruiken voor actieve deelname aan vijandelijkheden;
- g.
verklaren dat geen kwartier zal worden verleend;
- h.
vernietiging of inbeslagneming van goederen van de tegenpartij tenzij deze vernietiging of inbeslagneming dringend vereist is als gevolg van dwingende omstandigheden van het conflict;
- i.
opdracht geven tot de verplaatsing van de burgerbevolking om redenen verband houdende met het conflict, anders dan verband houdende met de veiligheid van de burgers of indien dringend vereist om redenen van dwingende omstandigheden van het conflict;
- j.
gebruik van gif of giftige wapens;
- k.
gebruik van verstikkende, giftige of andere gassen en overige soortgelijke vloeistoffen, materialen of apparaten;
- l.
gebruik van kogels die in het menselijk lichaam gemakkelijk in omvang toenemen of platter en breder worden, zoals kogels met een harde mantel die de kern gedeeltelijk onbedekt laat of voorzien is van inkepingen;
- m.
opzettelijk gebruikmaken van uithongering van burgers als methode van oorlogvoering door hun voorwerpen te onthouden die onontbeerlijk zijn voor hun overleving, waaronder het opzettelijk belemmeren van de aanvoer van hulpgoederen zoals voorzien in de Verdragen van Genève;
- n.
gebruik van wapens die gebruik maken van microbiologische of andere biologische middelen, of gifstoffen, ongeacht hun herkomst of de wijze van productie;
- o.
gebruik van wapens met als voornaamste gevolg het veroorzaken van verwondingen door fragmenten die in het menselijk lichaam niet met röntgenstralen kunnen worden ontdekt; of
- p.
gebruik van laserwapens die speciaal zodanig zijn ontworpen dat hun enige gevechtsfunctie of een van hun gevechtsfuncties is het veroorzaken van blijvende blindheid bij onversterkt gezichtsvermogen, dat wil zeggen aan het blote oog of het oog met een corrigerende bril of lens,
wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vijftien jaren of geldboete van de vijfde categorie.
4.
Artikel 5, zesde lid, is van overeenkomstige toepassing op een feit als bedoeld in het derde lid.