Einde inhoudsopgave
Verordening (EEG) Nr. 3922/91 inzake de harmonisatie van technische voorschriften en administratieve procedures op het gebied van de burgerluchtvaart
Artikel 2
Geldend
Geldend vanaf 16-01-2007
- Bronpublicatie:
12-12-2006, PbEU 2006, L 377 (uitgifte: 01-01-2006, regelingnummer: 1899/2006)
- Inwerkingtreding
16-01-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-12-2006, PbEU 2006, L 377 (uitgifte: 01-01-2006, regelingnummer: 1899/2006)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Luchtvervoer
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
- a)
‘exploitant’: een in een Lid-Staat woonachtige natuurlijke persoon of een in een Lid-Staat gevestigde rechtspersoon die gebruik maakt van een of meer luchtvaartuigen overeenkomstig de in die Lid-Staat toepasselijke voorschriften, dan wel een communautaire luchtvaartonderneming als omschreven in de communautaire wetgeving;
- b)
‘produkt’: een luchtvaartuig, motor, propeller of uitrusting voor de burgerluchtvaart;
- c)
‘uitrusting’: ieder instrument, mechanisme, apparaat, onderdeel of iedere inrichting gebruikt of kunnende worden gebruikt voor de exploitatie van een luchtvaartuig tijdens de vlucht, geïnstalleerd of bestemd om te worden geïnstalleerd in een burgerluchtvaartuig dan wel daaraan bevestigd, maar geen deel uitmakend van een casco, een motor of een propeller;
- d)
‘element’: een materiaal, component of subeenheid, niet vallende onder de definities onder b) of c) en bestemd voor luchtvaartuigen, motoren, propellers of uitrustingen voor de burgerluchtvaart;
- e)
‘certificering’ (van een produkt, dienst, organisme of persoon): alle vormen van wettelijke erkenning dat dit produkt, deze dienst, dit organisme of deze persoon voldoet aan de geldende voorschriften. Deze certificering omvat twee handelingen:
- i)
het controleren dat het produkt, de dienst, het organisme of de persoon in technisch opzicht voldoet aan de geldende voorschriften; deze handeling wordt genoemd: vaststelling van de technische bevindingen;
- ii)
de formele erkenning van dit beantwoorden aan de geldende voorschriften door de afgifte van een certificaat, een vergunning, een goedkeuring of een ander document overeenkomstig de nationale wetgeving en de nationale procedures; deze handeling wordt genoemd: vaststelling van de wettelijke bevindingen;
- f)
‘onderhoud’: de tijdens de levensduur van een luchtvaartuig ononderbroken uit te voeren reeks van inspecties, onderhoudsbeurten, wijzigingen en herstelwerkzaamheden die nodig zijn om te waarborgen dat het vliegtuig in overeenstemming met het gecertificeerde typeontwerp blijft en onder alle omstandigheden aan een hoog veiligheidsniveau blijft beantwoorden; het omvat met name de door de bij de onder h) bedoelde regelingen partij zijnde autoriteiten verplicht gestelde wijzigingen overeenkomstig de concepten inzake controle van de luchtwaardigheid;
- g)
‘nationale variant’: een door een bepaald land in aanvulling op of in de plaats van een JAR opgelegd nationaal voorschrift of nationaal reglement;
- h)
‘regelingen’: onder auspiciën van de Europese Burgerluchtvaartconferentie (ECAC) uitgewerkte regelingen met het oog op samenwerking bij de opstelling en tenuitvoerlegging van gemeenschappelijke voorschriften op alle gebieden die betrekking hebben op de veiligheid en op de veilige exploitatie van luchtvaartuigen. Bedoelde regelingen zijn in bijlage I vermeld;
- i)
‘autoriteit in bijlage III’: de bevoegde autoriteit die de Vergunning tot vluchtuitvoering (VTV) heeft verleend.